Met de voorverkiezingen in Arizona in aantocht valt de naam van die Amerikaanse staat regelmatig in nieuwsuitzendingen. In mijn muziekhoofd associeer ik dit echter vooral met deze spetterende plaat van de Scorpions en dus werd ik met al die berichten als een magneet ernaartoe getrokken.
Mijn muziekmaatje van school had de plaat in het voorjaar van 1982 gekocht. Slechts twee berichten hierboven noemen de hoes, maar man, wat waren we daarvan onder de indruk! De krammen in de ogen van de snorrenman werden eens goed bestudeerd. Een stuk heftiger dan de absurdistische hoezen van Hipgnosis, wier diensten op de vorige twee albums waren ingehuurd.
De glasscherven op de hoes keerden terug na het slotakkoord van het knallende
Blackout, helemaal te gek vonden we dat. Duimen omhoog en blijde gezichten op zijn kamer, waar de muziek voluit kon zonder angst voor buren.
Sowieso het hardste nummer dat de band ooit uitbracht, vermoedden wij. Want onmiddellijk werd duidelijk dat producer Dieter Derks er een schepje bovenop had gedaan: vooral de gitaren zitten veel zwaarder in de mix, maar ook de drums hadden extra volume gekregen.
Als tieners hadden vooral de snelle nummers onze voorkeur. Naast de titelsong zijn dat
Now! en al helemaal
Dynamite, dat de B-kant opende. Ik kopieerde de gehele plaat en heb die heel wat keren afgespeeld op mijn zolderkamer. Blij werden we ook van de soms knetterende gitaarsolo’s, vooral in
Dynamite is het fascinerend om te horen wat Matthias Jabs en Rudolf Schenker daar neerzetten. Daarbij bleek het langzamere werk eveneens meer dan prima, mede dankzij de zwaardere productie. Op de langzamere B-kant bijvoorbeeld
Arizona en de ballade
When the Smoke is Going Down.
De maanden erna werd duidelijk dat de band bezig was om definitief voet aan de grond te krijgen in de Verenigde Staten, waarmee ze wereldtop werden. Dit dankzij een eersteklas boekingsmanagement en platenmaatschappij, zaken waaraan de band jarenlang zorgvuldig had gebouwd. Ook las ik ergens interessante achtergrondinformatie over de hoes en de kunstenaar, die het plaatje extra interessant maakten.
De plaat vind ik nog altijd fris klinken, al is het (bas)drumwerk van Herman the German Rarebell met de oren van nu wat simpel. Is ook wel weer charmant. Op sommige nummers klinkt metal door in plaats van de hardrock van voorheen, signalen dat de band meegroeide met de tijdgeest.
De voorbije dagen sprong vooral
China White eruit. Vond ik indertijd geen topper, nu echter krijg ik bijna de indruk naar een doomband te luisteren. Stap voor stap wordt een zware riff opgebouwd, die bovendien 11/4 blijkt te zijn (4/4/3 tellen).
Afgelopen najaar deden ze hun Noord-Amerikaanse tournee. De staat Arizona werd echter
overgeslagen. Kunnen ze zich daar op de politiek richten, die is al pittig genoeg daar.