My Wilderness combineert de klanken van West-Afrika met Engelse folk, Amerikaanse blues en de Italiaanse tarantella en is het vierde solo-album van de singer/songwriter Piers Faccini. Uitgebracht via het Tôt ou Tard-label, de met 13 poëtische nummers geïnspireerd door John Martyn en Nick Drake. My Wilderness is opgenomen in zijn huis in de Cevennen, maar er is niets minimaals aan zijn productiewerk. Trompet, viool en cello spelen een hoofdrol, terwijl wereldmuziekinstrumenten als kora, balafoon, n'goni en tampura op subtiele wijze worden ingezet. Gelaagde achtergrondzang voegt meer textuur toe aan nummers als 'Tribe' en 'Drowning In My Sleep'. Faccini's muzikale palet bevat kleuren als deltablues, West-Afrikaanse ritmes en Britse folk, en hij integreert ze op levendige, originele manieren. Nick Drake is af en toe een referentiepunt, zowel wat betreft de tedere zang als de verfijnde instrumentatie die te zien is in nummers als 'My Wilderness' en 'Say But Don't Say'. Gevoed door sterk trompet- en vioolwerk en aanhoudende percussie, is het vrolijke "Dreamer" een hoogtepunt op een prachtig album. MIschien goed om samenwerkingen met de Franse cellist Vincent Segal en de Malinese koraspeler Ballaké Sissoko nog eens extra te benoemen.