Nadat ik in 1980 via Black Sabbaths
Heaven and Hell was gevallen voor de stem van meneer Dio, ging ik zijn eerdere werk uitzoeken. In '81 of '82 kocht ik
Long Live Rock 'n' Roll op vinyl met klaphoes. In Dio's chronologie de plaat vóór
HaH .
Middenin een foto van fans met spandoek waarop de albumtitel staat vermeld. Later las ik dat dit in werkelijkheid bij een concert van Rush was, een kleine manipulatie dus. Hier is dat helemaal prima.
De vierde en laatste Rainbow met Dio in de gelederen, de band in dezelfde bezetting als op
On Stage. Bij verschijnen stond in de Hitkrant (!) een artikel over de plaat, zo wist ik nog, met een lovend verhaal. Vooraf kende ik twee nummers: de titelsong had op Hilversum 3 geklonken en vond ik voor een meezinger goed te doen. Dit dankzij de heerlijke coupletten; het denderende
Kill the King was me bekend van de liveplaat; ook in deze studioversie heerlijk, nu met enkele dubbele zangpartijen.
Nieuwe hoogtepunten waren er ook! In
Lady of the Lake verwijst naar het verhaal van het zwaard Excalibur uit de sagen rond koning Arthur, de vrouw die
het mythische zwaard presenteert. Een lied met prachtige melodieën. De gitaarsolo bestaat uit lange noten, die enigszins oosters aandoen.
De openingsregels van
L.A. Connection keerden later terug als er iets grondig was mislukt: "Carry home my broken bones and lay me down to rest. Forty days of cries and moans, I guess I’ve failed to pass the test". Prachtige dichtregels bij een prachtige compositie, helaas enkele malen toepasbaar op mijn leven. In het laatste deel zit honkytonk pianospel, wat ik toen niet mooi vond maar nu wél; doet aan Dio’s jaren bij Elf denken.
Gates of Babylon met z'n toetsenintro van David Stone en oosterse gitaarlijnen is majestueus, over de verlokkingen van het kwaad en het uiteindelijke fatale einde.
Op de B-kant springen twee liefdesliedjes eruit. Hé, was dat niet wat Blackmore vanaf de volgende plaat ambieerde?
Sensitive to Light bezingt een prachtige maar ongrijpbare schone jonkvrouw. In het drumsloze
Rainbow Eyes zingt Dio niet voluit maar juist ingetogen en liegt zichzelf voor: "She's been gone since yesterday, oh I didn't care. Never cared for yesterdays, were they ever there?" Ja, ze gaan over de liefde maar de teksten hebben een diepgang die normale liefdesliedjes missen. Te moeilijk voor de hitlijsten, de richting die Blackmore vervolgens nadrukkelijk zocht.
Het is uiteraard een stevige plaat, maar wat me hier opeens sterk opvalt is dat de man in het zwart het gebruik van massieve powerchords veelal mijdt, om melodieus om de melodielijnen heen te spelen. Cozy Powell drumt weer herkenbaar de sterren van de hemel en in combinatie met het betrouwbare spel van Bob Daisley staat een basis waarop Blackmore de ruimte krijgt voor zijn melodieuze invulling.
Later verscheen een Deluxe Edition, inmiddels deels op streaming te vinden, waarvan vooral een kort maar fenomenaal mooi intro van
Lady of the Lake opvalt; waarom heeft dit de definitieve elpee niet gehaald?