Met: Jackie McLean (alto saxophone), Grachan Moncur III (trombone), LaMont Johson (piano), Scott Holt (bass), Billy Higgins (drums)
Ja heerlijk plaatje weer van onze McLean. Hoewel, lekker is bij onze Jackie niet altijd het juiste woord misschien. Maar spannend is het alleszins wel weer in ieder geval. Deze plaat werd opgenomen in zijn (naar mijn eigen mening) sterkste periode op het Blue Note label. Die duurde wat mij betreft zo'n beetje vanaf Let Freedom Ring tot het einde van zijn contract bij het bekende label.
Stilistisch lijkt de plaat een beetje door tweeën te zijn geknipt. Op kant 1 staan de wat uitdagendere tracks. Listige thema's en een beetje die bekende duistere feeling van zijn muziek. Op een prettige manier ongemakkelijk ofzo. Moncur speelt een aantal uitstekende solo's hier. Hij is daarmee 1 van mijn favoriete trombonisten want ik heb het niet zo heel erg op dat instrument. Op kant 2 vindt men de vies vulgair swingende McLean. Het maakt het geheel alleen maar sterker eigenlijk. Heerlijke swing en interactie met een uitstekende ritme sectie. Alleen bassist Scott Holt doet me niet bepaald stijl achterover slaan. Jammer dat Cecil McBee die dag geen tijd had. Pianist Johnson valt dan weer op in positieve zin. Nooit erg bekend geworden maar zijn heerlijk luchtige spel geeft deze spannende muziek net het tikje ontspanning mee dat het nodig heeft. Erg lekker.
Zoals
spoon aangeeft een wat vage release en dat verklaart haar onbekendheid denk ik zo. Eerst uitgebracht in Japan en niet snel daarna in de VS als dubbelaar in combinatie met
Jackie McLean Quintet (1977). Om het even overzichtelijk te houden: die bewuste sessie pleurde men later weer op de cd versie van Vertigo. De enkele release uit 2013 van Heavenly Sweetness Blue Note kan ik in ieder geval van harte aanbevelen. Die klinkt fantastisch.