Eigenlijk een vrij a-typisch Steeleye album, zo kort na de commerciële piek die met All Around My Hat werd gehaald - vanwege de eenmalige line up die dit album maakte.
Nu doet die hit me erg weinig, en het is jammer dat deze band altijd zo geassocieerd is met dit vrolijke tralalanummer; veel Steeleye nummers zijn juist vrij duister van aard.
Zo ook op dit album, opgenomen na het vertrek van Bob Johnson (gitaar/zang) en Peter Knight (viool/zang) - zij zouden overigens later weer op het oude nest terugkeren. Hun vervangers waren niet de minsten. Tot ieders verbazing keerde de gerespecteerde folksolist Martin Carthy terug in de band waar hij in 1970/71 ook twee onvergetelijke albums lang deel van uitmaakte (op voorwaarde dat hij niet All Around My Hat hoefde te spelen!), en hij nam accordeon-maestro John Kirkpatrick mee die o,a. met Richard Thompson en Ashley Hutchings had gespeeld. Carthy en Kirkpatrick speelden eerder samen op
The Albion Country Band - Battle of the Field (1976).
Beiden drukken hun stempel op Storm Force Ten. Het geluid is uniek te noemen: Carthy's sterke zang, diens uit duizenden te herkennen gitaarspel; Kirkpatrick's virtuoze accordeon (en ook niet de minste zanger) in combinatie met de ritmesectie Rick Kemp/Nigel Pegrum en de leden van het eerste uur Maddy Prior en Tim Hart. Hoogtepunt wat mij betreft is het door Bertold Brecht/Kurt Weill geschreven The Black Freigher - van hun Drei Groschen (Driestuiver-) opera; weer eens wat anders dan "trad-arr". All Around My Hat is hier wel heel ver weg en Maddy Prior excelleert:
then just before noon there'll be hundreds of men
coming up off that ghostly freighter
and they're moving in the shadows where no-one can see
and they're chaining up the people and they're bringing them to me
asking me: "kill them now or later?"
asking me: "kill them now or later?"
noon on the clock and so still on the dock
you could hear a foghorn miles away
in the quiet of death i'll say:
"kill 'em now"
...
and they'll pile up the bodies and i'll say:
...
"hoopla"!
Jammer genoeg was deze versie van Steeleye Span geen lang leven beschoren. Er volgde in 1978 een live album en de band viel uiteen, hoewel ze twee jaar later alweer terugwaren, in de commercieel meest succesvolle bezetting hoewel de hitparade nooit meer gehaald werd.
Carthy en Kirkpatrick vonden elkaar weer terug in de baanbrekende folk/brassformatie Brass Monkey.
4.5****