Een bijzonder album. Melodieuze techno op z'n best vind ik. Soms neigt het een beetje naar wat velen 'idm' noemen, maar goed, eigenlijk is het gewoon techno. Vrij rustig zijn de meeste nummers en de opbouwen zijn lang, zo valt de beat in de openingstrack pas op vijfnegende in, erg mooi vind ik 'm trouwens.
Russ Gabriel had z'n studio eerst ingericht om dub te produceren, maar werd in de vroege jaren '90 toch naar de techno scene getrokken. Sommige nummers als 'Airborne' doen echter hetzelfde als goede dub doet, ze geven een compleet gevoel van ontsnapping. 'Airborne' staat sowieso in m'n top 10 techno nummers. Dat Russ hierna future jazz zou gaan maken kun je trouwens al iets van merken in het nummer 'The Routine', wat ik een bijzonder fijn nummer vind. Het nummer daarna bevat trouwens ook hééérlijke melodieën.
Door de lange opbouwen en de bescheiden klikjes en snares zal het album wel niet bekender zijn dan het is. Niet dat het ongewaardeerd is gebleven, het is alleen geen klassieker van het formaat van een oude Carl Craig of Black Dog. Veel geluiden zijn zacht gehouden in plaats van bombastisch en hierdoor heeft de productie misschien wat kaals gekregen, toch zit er als je doorluistert veel diepte en gevoel in de nummers. Dit is ook het verschil tussen een flashy plaat zonder inhoud en een stoffige plaat mét inhoud. Ik wil niet beweren dat vorm niet de inhoud voor een deel bepaald, maar veel artiesten kopiëren maar wat aan en proberen publiek te trekken vanuit een heel beperkt muzikaal inzicht. Ok, omdat veel publiek dat ook heeft sluiten veel artiesten aardig aan op het publiek, maar stompzinnigheid blijft zo in stand.
Dit album staat vol degelijke frisse, zachte melodieën over fijne lichtvoetige machinale ritmes. Het laatste nummer staat op youtube zie ik:
Pat's Cat, daar is misschien nog een beetje dub aesthetiek in te horen.
Namen in deze trand zijn The Black Dog, Plaid, Yunx, LA Synthesis, As One en Pub.