INFANT KING 1988
In 1988 blikten The Nits terug op de reeds gebaande wegen.
Onderweg (Along the Way dus) verliet gitarist Michiel Peters de groep.
Moe van het touren en misschien meer dan we zouden vermoeden
op zoek naar een vaste job en een knus gezinsleven.
There Is Nothing in the Dark is alvast opgedragen aan Michiels kinderen.
Ik heb altijd veel gehouden van de miniatuurtjes die Peters aan het vinyl toevertrouwde.
Vooral op de drie eerste albums drukt hij zijn unieke en zwaar onderschatte stempel op de band.
De kneuterigheid van grijze burgermannetjes is niet zelden het onderwerp van zijn songs.
Daarvan zijn niet zo veel sporen meer terug te vinden op dit nieuwe, bevreemdende album.
Het album is wel vernoemd naar een gelijknamige Nits song van Adieu Sweet Bahnhof (1984).
En van dat nummer is zelfs een remake terug te vinden op de nieuwe plaat.
Zelfreflectie is nu het centrale thema van Infant King (1988).
Dat zit onder meer in The Bauhaus Chair, een oud jaren 70 nummer van The Nits.
Henk Hofstede en ço nemen het zelf ook op voor het mini-album Hat (1988).
De voltallige line-up van The Nits musiceert trouwens mee op Infant King.
En toch klinkt het album heel anders dan een Nits plaat.
Komt het door de andere gastmuzikanten? Wellicht door de arrangementen
waarin de akoestische gitaar meer op de voorgrond treedt en soberheid troef is.
Ook Michiels stem lijkt wat aan zegginskracht te hebben ingeboet.
This Od Town lijkt wel een fluitersong. En Silence on the Block suggereert het al in de titel.
Deze langspeler komt wat aarzelend op gang en heeft het moeilijk om mensen
die niet zo vertrouwd zijn met Michiels werk voldoende te overtuigen.
Toch zitten er een paar juweeltjes in het struikgewas.
De generatiekloof tussen vader en zoon in The Empty Hour bijvoorbeeld,
de warme boodschap in het evangelich getinte X-Mas Comes Only (Once in a Year),
een alternatieve kerstsong waarvan het huislijke haardvuur spontaan gaat laaien.
This is the Day (to Build the City) swingt recht voor zich uit, maar breekt weinig potten.
De 60s cover Baby It's You is een aardigheidje en beklemtoont gepast de muzikale wortels
van de voormalige Nits gitarist. Er is het flirten met de doodsgedachte in I Don't Know.
Een stevige brok autobiografie dient zich aan in Along the Way
waarin Michiel nog eens terugblikt op zijn vorige leven als muzikant.
En er is de werkelijk prachtige, beklijvende afsluiter In the Night,
Peters trekt nog even de kaart van het Nits miniatuurtje: subliem in eenvoud.
Ik koester het album zowel op vinyl als op cd (met drie sympathieke bonustracks).
Maar iets zegt met dat het goed is dat Michiel het bij die ene comeback plaat heeft gelaten.
Tenzij ik dit album nog eens een kans moet geven:
Michiel & Alex - The Odd Men Out (On the Poppy Parade) (2009).