Met: Art Blakey (drums); Johnny Griffin (tenorsax); Jackie McLean (altsax); Bill Hardman (trompet); Sam Dockery (piano); 'Spanky' DeBrest (bas)
Verwarrend genoeg maakte Blakey een paar jaar later, en met een andere incarnatie van de Jazz Messengers,
Nog een plaat met dezelfde naam, waarmee deze niet te verwarren is. Deze eerdere Tunesische nacht werd opgenomen in april 1957. Jackie McLean is dan al vervangen voor Johnny Griffin op saxofoon, maar keert hier nog eenmaal terug voor een toegift. Kennelijk had hij contractuele verplichtingen elders, waardoor hij op de hoes staat vermeld onder het alias 'Ferris Benda'.
Met drie blazers zijn er genoeg details te bewonderen: Griffin is vaak wel de uitblinker, met zijn tegelijk romige en pijlsnelle saxofoonsalvo's is hij helemaal in sync met Blakey's muzikale wereld. Trompettist steekt met soepele, swingende notenregens vaak zijn voorgangers Kenny Dorham en Donald Byrd naar de kroon, en de hoekige, inventieve stijl van McLean opent vaak weer hele andere mogelijkheden.
Van de Messengers-platen met McLean is dit wel ongeveer de beste, al moet de plaat het hebben van de individuele klasse. Echt gewaagde artistieke keuzes worden niet gemaakt, in deze vijfde studiosessie in zes maanden voor de band. Ik merk dat als ik niet aandachtig naar de solo's luister, de muziek dan een beetje op de achtergrond verdwijnt. Desondanks wel vier sterren, met de voetnoot dat de plaat niet zo interessant is als je niet bij uitstek een liefhebber bent van Blakey-achtige hardbop. Dat zit bij mezelf gelukkig wel goed.