Een wat apart plaatje van Lee Hazlewood, een keer niet met arrangementen (de opener uitgezonderd), maar wel opvallend basspel, een lekker bluesy klinkende barroom-piano en de vocale capriolen van een zich merkelijk amuserende Hazlewood. Er staan zowel sobere deuntjes op (Hands!) als gedurfder zaken. Vooral de gruizig klinkende scat-vocalen die Hazlewood ten gehore brengt, vallen dan op. En zoals wel vaker bij onconventionele keuzes, is dat de één een doorn in het oog, en voor de ander dan weer een sterke factor. Ik behoor eerder tot de tweede categorie, denk ik.
3,5 sterren