Een groeiplaat is dit geworden. In een vorige post zei ik nog dat ik 'm na één luisterbeurt misschien 2 sterren had gegeven, maar nu heb ik 'm toch al een keer of 15 opgelegd, en ik blijf 'm toch geregeld opzetten. Knappe staaltjes vingervlugheid moet je van Ufomammut niet verwachten, het is eerder de sfeer van spanning die heerst.
Spanning dus. De plaat draagt de titel 'Eve', en is opgedeeld in vijf stukken, van I tot en met V. De songtitels zijn dus niet bijster origineel, zou je zeggen, maar eigenlijk is er maar één titel: 'Eve'. Deze plaat voelt aan als één nummer, en dat is eigenlijk ook meteen de sterkte van deze plaat.
Het is een grotendeels instrumentale plaat, met zo nu en dan een vocale inbreng (en dan heb ik het niet eens over zang, eigenlijk). Die vocale inbreng is wel degelijk van tel: zo geeft het 'I' een nog meer sinister toon.
Vakmanschap is een woord dat me prompt te binnen schiet. Vakkundigheid is misschien een treffender beschrijving, want vakkundig is het wel, de manier waarop de spanning er ten volle wordt ingehouden, een climax lijkt nooit ver weg, maar een vraag die bij mij opkomt: is er op deze plaat wel sprake van een climax? Of is de hele plaat gewoon een climax?
Het eerste nummer is tevens het langste. Ook de afsluitende episode van deze “avond” is een lang nummer, van om en bij de 14 minuten. ‘II’ flirt ook met de tien-minutengrens. De andere twee zijn korter. Allen goed voor zo’n drie kwartier luistergenot.
‘I’ ontspoort naar het einde toe een beetje. Persoonlijk vind ik dat erg lekker. Het is allemaal erg zwaar, zo zwaar dat je de bandnaam toch al gedeeltelijk weet te ontcijferen (mammut). En de andere helft van die naam, lijkt me wel duidelijk te worden bij het ingaan van ‘II’ (ufo). Veel uitleg hoef ik daar niet bij te geven natuurlijk.
Eerder werk van deze Italianen ken ik niet, misschien toch maar eens opzoeken..
‘II’ is een erg spannend nummer, met dat gefluister, en al die effecten. Ik betrap mezelf erop constant achter me te kijken, het naderend onheil vrezend. Hier hebben we ook weer vocals: ‘It happened before, and it will happen again; it’s just the question, when?’. Dat is een vraag die ongetwijfeld ook de luisteraar bevangt. Ten eerste: wat is er gebeurd? Ten tweede: wanneer? Nog wat bezwerende vocals, de drums die wat meer uit de verf komen. Een antwoord op onze vragen krijgen we niet, althans, niet in de vorm van het gesproken woord. Interpretatie is belangrijk bij deze plaat.
Qua opbouw is dit een prachtig werkje, natuurlijk. Ik heb ook het gevoel dat de muzikanten die hieraan meewerken, erg gepassioneerd zijn door hun muziek, en hart en ziel erin stoppen. Dat vind ik vrij belangrijk, en zeker bij dit soort muziek.
Het derde nummer is een kort, agressief nummer, met loeiharde, gitzwarte gitaren, een schreeuwende Urlo (die instaat voor de vocals) en piepende synth-effecten (denk ik toch). Meesterlijk nummer, om eens goed op los te gaan.
‘IV’ is een stuk rustiger, maar draagt toch ook die spanning in zich, typerend voor heel het album. Space rock; doom metal, lees ik ergens als omschrijving van dit soort muziek. ik kan me er zeker in vinden. Nu ja, ‘IV’ is een soort van rustpunt, denk ik dan, na al dat geweld uit ‘III’, maar na een goeie 2 minuten kunnen de heren zich toch niet meer inhouden, en maken het nummer toch nog een pak agressiever en harder. Beetje jammer als je ’t mij vraagt, maar goed, als dat het enige puntje van kritiek is, kunnen we toch nog altijd spreken van een puike plaat, en ja, dat is het enige puntje van kritiek.
Het vijfde en laatste nummer is erg repetitief, een term die je hier wel meer kan bezigen. Toch heb ik het niet gedaan, omdat het me niet echt stoorde. Hier gebruik ik de term wel, niet omdat het me stoort, maar juist omdat het mijns inziens geweldig is. Je zit te wachten en te wachten, wanneer gaat die song nu helemaal openbarsten? Helemaal openbarsten, dat doet deze plaat niet, af en toe een tempoversnelling, dat wel. De klemtoon ligt op de opbouw, die is heilig, en de spanning uiteraard. De luisteraar wordt zo lang mogelijk in de wachtzaal gezet, men flirt met de luisteraar zijn geduld, maar na drie kwartier kan ik toch zeggen (in ieder geval, voor mezelf) dat het een zeer sterke plaat is, met veel suspense en gevoel ingespeeld. Oog voor detail ook, leert het einde van ‘V’ ons, waarin een thema terugkomt uit ‘II’.
Sterke plaat dus, deze ‘Eve’ van Ufomammut.
4 sterren