Zou het dan toch waar zijn dat de beste, meest doorleefde muziek in de goot gemaakt wordt? Want inderdaad, dit is een weinig geroemd pareltje uit de periode dat de neergang van zijn carriere al fors had ingezet en Joe tobde met een drankverslaving en een enorme schuldenlast.
Toch vind ik het, net als bijvoorbeeld het album I can stand a little rain van twee jaar eerder, een prachtige plaat. Joe toont wederom dat hij ook in rustiger nummers op een fantastische manier gevoel kan inleggen. Luister bijvoorbeeld eens naar een nummer als Moon dew, waarin hij prachtig hemeltergend uithaalt. Net als het hierboven al gememoreerde Worrier.
Hij wordt hier begeleid door de crème de la crème van de sessiemuzikanten uit Los Angeles uit die tijd: de jazz-fusion band Stuff, bestaande uit coryfeeën als Cornell Dupree, Eric Gale, Gordon Edwards, Richard Tee en Steve Gadd. Ze spelen op heel veel platen mee en soms komt hun inbreng wel eens routineus over, zeker op de albums van hun eigen band.
Maar hier leggen ze er ook hoorbaar hun ziel en zaligheid in, wellicht geïnspireerd door de zanger zelf. De meeste nummers hebben een gedragen karakter, maar Joe waagt zich op I broke down (tevens de geflopte single van het album) ook aan een funk-uitstapje. De Dylan-cover The man in me krijgt een reggae-jasje mee, met Peter Tosh op slaggitaar. Het maakt dat het nummer klinkt als The Wailers met een vocale gastbijdrage van Joe Cocker.
Een mooie vergeten plaat, onlangs na lange tijd weer verkrijgbaar op CD dankzij ons eigen Music On CD-label (het kleine broertje van Music On Vinyl, zeg maar). Het aanschaffen meer dan waard.