Vorig jaar kwam ik in aanraking met John Talabot via ƒin, zijn debuutalbum. Aangezien dance voor mij destijds een nogal onbekend gebied was waarin ik net mijn eerste stapjes waagde, werd mijn perspectief op het genre nogal omgegooid door dit album. De veelzijdigheid en hybriditeit van Talabots muziek, de links naar hiphop, funk, synthpop en noem maar op, verbaasden mij als danceleek enorm, en droegen bij aan mijn motivatie om de wereld van dansbare muziek verder uit te diepen. Terwijl ik dit aan het doen was trok ik al snel richting het beluisteren van mixen, juist omdat ik zo geprikkeld werd door die veelzijdigheid en hybriditeit. Conventionele albums, gemaakt door één artiest, zijn me vaak te rechtlijnig, te veel vastgepind op één genre, trucje, geluid of stijl om mijn aandacht over de gehele duur vast te houden en echt te beklijven als geheel. Ik werd dan ook aangetrokken door sets van artiesten als Sasha, Nicolas Jaar en Four Tet, die er duidelijk plezier in hebben de beperkingen van genregrenzen te negeren en die barrières te doorbreken.
Binnen mijn beperkte beeld van house, een genre dat ik steevast associeerde met de onvriendelijke sfeer in Zaandam-centrum op zaterdagavond, met zijn opgepompte brulkikkers in strakke polo's die met gespannen kaken agressief stonden te kijken vanachter hun zonnebrillen, ontstond meer en meer ruimte voor herziening. Begin dit jaar, toen ik mijn nieuw verworven perspectief op deze muziek echt begon te waarderen, liep ik toevallig een set van John Talabot tegen het lijf. Waar mixen bij mij vaak enige tijd nodig hebben om helemaal te bezinken, wist deze me eigenlijk gelijk te boeien. Dit komt wellicht mede doordat mijn interesse zich steeds breder uit was gaan waaieren in de maanden daarvoor, en doordat een paar van de richtingen waar ik geïnteresseerd in was in zijn mix duidelijk vertegenwoordigd waren: naast house was er een duidelijke afdruk voelbaar van elektronica, funk, afrobeat, hiphop en soul.
Hoewel ik zo goed als geen van de artiesten op deze DJ-Kicks kende (en ik de enkeling waar ik wel bekend mee was heb leren kennen via Talabots livesets), was het mij van tevoren al wel duidelijk uit Talabots eigen werk, en zéker uit zijn mixen, dat hij en ik wel op één lijn zitten wat betreft housemuziek. Het mag dan ook geen wonder heten dat ik uitkeek naar deze plaat. En boy o boy, John heeft me niet teleurgesteld. De basis van deze plaat is langzame, stroperige, broeierige housemuziek. Deze basis wordt opgesmukt met de duidelijke verwijzingen naar funk, afrobeat en soul die mij zo aanspraken in veel van zijn livesets - heel lomp en overtrokken gezegd: de funk is veelal aanwezig in de baslijnen, de afrobeat in de percussie, de soul in de harmonieën. Echter, wat ik vaak een beetje miste in zijn mixen was de wat meer duistere, diepe, reflectieve atmosfeer van zijn soloplaten. En in deze DJ-Kicks vind ik dat hij heel goed de balans vindt tussen deze twee, voornamelijk dankzij de keuze van nummers en de afwisseling ertussen.
Ondanks de hoge verwachtingen die ik van tevoren had kan ik met vreugde stellen dat deze plaat me heeft overdonderd. De versmelting van stijlen die mij zo trekt in dit soort compilaties vindt hier plaats zoals ik het graag wil zien. Niet in de laatste plaats komt dit door de ruimte die Talabot geeft aan invloeden van 'zwarte' muziek (wat een nare term is dat eigenlijk ook, maar het moge duidelijk zijn wat ik ermee bedoel), muziek waar ikzelf toch wel meer comfortabel mee ben dan met de house die de onderliggende rode draad is, de bindende factor waarmee de uiteenlopende stijlen bijeen worden gehouden. De uniformiteit van deze mix, het gevoel dat het ondanks zijn brede oriëntatie binnen het genrespectrum toch een geheel is, laat zien hoe de veelzijdigheid van het genre geen beperking hoeft te zijn. En hoewel er nog genoeg te ontdekken valt, ben ik nog geen album tegengekomen dat dat zo overtuigend doet als deze DJ-Kicks.