De beste plaat die AC/DC nooit maakte. Dat was mijn conclusie na de eerste draaibeurt van deze elpee, indertijd uit de bieb geleend.
Enthousiast aangeprezen door Hanneke Kappen was in 1980
Nice Boys (Don’t Play Rock ‘n’ Roll) mijn zolderkamer binnengeknald. In april '81 traden ze op in Paradiso, waarvan een enkele song op de radio klonk. En tegenwoordig
op internet, hoezee!
Van tijd tot tijd keert de plaat weer terug. Thuis maar vooral in de auto. Want ís me dit effe lekkere voet-op-het-gaspedaalmuziek! De vergelijkingen met AC/DC (Australië, producers Vanda & Young) zijn terecht, maar Rose Tattoo is bepaald geen onnozele kloon van de grote naam. Integendeel. Als je ruim veertig jaar later nog steeds enthousiast van dit debuut wordt, móet het wel kwaliteit zijn.
Wat me toen snel opviel: uiteraard is de stem van kale brulboei Angry Anderson anders dan die van Scott/Johnson bij de grote broer. Maar ook deze man klinkt rauw, perfect passend bij de muziek. Bovendien kan hij, als het moet, lief zingen (
Stuck on You, wat ik een scháttig liedje vind in deze zee van testosteron.
En vooral: Peter Wells, zoals hij achterop de hoes staat vermeld, speelt geen snelle gitaarsolo’s maar zweert bij slidegitaar. Dat pakt, ook vandaag, nog altijd verrassend goed uit.
Waar ik ook zo van houd is het spel van slaggitarist Michael Cocks, wiens knisperende, hakkende spel zulke heerlijke riffs oplevert. Klassieke rock ‘n’ roll, jazeker, geënt op de licks van Chuck Berry en voorzien van een extra veel soepballen.
Ook anders: veel teksten bezingen het leven "op de straat", de misdaad en onveiligheid. De stem en verschijning van Angry Anderson maken duidelijk dat hij dit niet uit een boekje had geleerd, nee, dit is een ervaringsdeskundige.
De enige kritiek die ik destijds op deze plaat had, was dat het lange
The Butcher and Fast Eddie met zijn langzame blues en spannende verhaal veel te vroeg staat geprogrammeerd: als derde song van de plaat. Die had ik op kant 2 gezet, waar zo’n verhalende song beter tot zijn recht komt. Zo zette ik ‘m toen dus op mijn cassettebandje.
Mijn favoriete songs zijn de snelle van deze plaat:
Nice Boys,
Remedy (met een doktersvoorschrift voor alle zieken),
TV,
Tramp en afsluiter
Astra Wally als summum van vuige rock ‘n’ roll.
Later las ik in Aardschok dat punk- en hardcorespecialist Onno Cro-Mag ook al zo’n fan van de band was en dat snapte ik wel. Die energie heeft het zeker.
Dadelijk stap ik in de auto naar een platenzaak in Aarle-Rixtel waar ze tevens bier verkopen. U raadt wel wat ik weer eens ga draaien, jammer voor de vriend die meegaat en vooral van Sonic Youth e.d. is!