thejazzscène
Gateway 2 bevat het ultieme samenspel van deze drie topmuzikanten in deze reeks. Elk artiest heeft zich met de jaren verfijnd in zijn kunnen.
Dat verfijnde is in dit album zowel technisch als auditief toegepast. Het album bevat een haarscherpe en luchtige conversatie tussen de instrumenten.
Het is een zacht ruimtelijk geluid dat gecreëerd wordt tijdens het improviseren. Doordat het geluid zo'n minimale glooiing heeft en vrijwel vlak lijkt te zijn, zou een oppervlakkige luisteraar dit als eenvoudig kunnen aanschouwen. Misschien is het dat ook wel; hoewel de prachtige solo's toch het tegendeel zouden moeten bewijzen.
De genialiteit van het samenspel valt misschien niet echt op doordat het allemaal zo vlotjes binnenkomt en het allemaal zo goed klikt.
Nexus is echt een heerlijk nummer met die ostinato op de achtergrond. Dave Holland blijft gaan terwijl Abercrombie op de voorgrond een opzwepende jamsessie houdt. Maar dat is zeker niet het meest interessante nummer van het album. In de Opening trekken de geëchode gitaarklanken van Abercrombie, Dave Holland's botte snaarklanken en DeJohnette's verschillende ritmesecties de luisteraar binnen in het landschap der improvisatie. Stuk voor stuk relaxte nummers die niet meer vragen dan geapprecieerd te worden.
Het futuristische oeuvre van de Gateway-albums komt in dit open-spel van deze drie gegeven improvisators het best tot uiting. Dit zijn jazzgeluiden die je oren werkelijk binnen-'vloeien'.