Recensie op de krenten uit de pop:
De krenten uit de pop: Dan Mangan & Blacksmith - Club Meds - dekrentenuitdepop.blogspot.nl
De naam Dan Mangan zal bij de meeste lezers van deze BLOG niet direct een belletje doen rinkelen, maar in zijn vaderland Canada draait Dan Mangan inmiddels al ruim tien jaar mee. En met succes, want de Canadese singer-songwriter wist inmiddels al twee aansprekende Juno awards in de wacht te slepen.
Mangan was het afgelopen decennium vooral succesvol met traditioneel aandoende singer-songwriter muziek, maar sinds hij zich heeft omringd met een band, gooit hij het over een andere boeg. De naam van de band, Blacksmith, prijkt op de cover van Dan Mangan’s nieuwe plaat Club Meds en dat is niet voor niets.
Iedereen die Dan Mangan’s meest succesvolle plaat in Nederland tot dusver, het uit 2010 stammende Nice Nice Very Nice kent, zal verrast zijn door de nieuwe wegen die Dan Mangan & Blacksmith op Club Meds inslaan. Club Meds is immers voorzien van een donker en vaak wat experimenteel rockgeluid, dat me in muzikaal opzicht afwisselend aan Radiohead en Peter Gabriel doet denken.
Het is een vol geluid vol details en vol contrast. Zo worden in de openingstrack vervormde gitaren gecombineerd met wonderschone pianopartijen en betoverende synths, wat een heel bijzonder effect heeft. En zo valt er iedere keer wel iets bijzonders te beleven op de plaat van Dan Mangan en zijn band.
Ook in vocaal opzicht klinkt Club Meds anders dan de vorige platen van Dan Mangan. Waar de Canadees een paar jaar geleden nog klonk als een typische singer-songwriter, is het inmiddels een overtuigend voorman van een rockband.
Het is geen rockband die garant zal staan voor volle zalen of uitgestrekte festival weides, want daarvoor is de muziek van Dan Mangan & Blacksmith waarschijnlijk toch net wat te eigenzinnig en te veelzijdig. Dit betekent overigens niet dat Club Meds een ontoegankelijke of inconsistente plaat is.
Dan Mangan en zijn band citeren op Club Meds niet alleen uit de indie-rock van de afgelopen twee decennia, maar zijn ook niet vies van progrock of de muziek van Pink Floyd (die ik persoonlijk niet tot de progrock reken). Het zorgt voor flink wat dromerige en aangenaam klinkende passages, maar deze worden altijd weer gecompenseerd door mooie en avontuurlijke klanken met een wat experimenteler karakter.
Het past allemaal prachtig bij de vocalen van Dan Mangan, die me ook in vocaal opzicht wel wat aan Peter Gabriel doet denken, maar dan wel de Peter Gabriel die in de jaren 80 al weer bijna vergeten meesterwerken afleverde (die overigens de basis vormen voor alle platen van Elbow), maar ook de stem van Fink komt meerdere keren op als vergelijkingsmateriaal.
Club Meds blijft ondertussen maar verrassen. De ene keer met vervormde gitaren, de andere keer met stuwende blazers, dan weer met bijzondere ritmes of juist hele mooie gitaarloopjes. De ene keer met dromerige en zweverige klanken, de andere keer met recht voor zijn raap rock, die weer wat aan Pearl Jam of het rauwere werk van Bowie doet denken, maar altijd vol dynamiek en urgentie.
Het heeft allemaal niets te maken met de prima platen die Dan Mangan het afgelopen decennium afleverde, maar het is minstens van hetzelfde niveau. Ik luister inmiddels een aantal dagen naar deze plaat en ben diep onder de indruk. Het lukt me nog niet goed om de plaat in een hokje te duwen, maar misschien is dat juist wel de kracht van de bijzondere plaat van Dan Mangan & Blacksmith. Ik weet nu al zeker dat dit een plaat is die veel te weinig aandacht gaat trekken, maar dat is echt doodzonde. Snel luisteren dus naar het fascinerende muzikale universum van Dan Mangan & Blacksmith. Erwin Zijleman