Kort na de aanschaf, bij de eerste beluistering, had ik wat twijfels over dit album. Het klinkt allemaal nogal braaf en gelikt. Intussen zijn de twijfels verdwenen. Dat komt enerzijds omdat Kenziner een goede balans houdt tussen subgenres (neoclassical/progressive power metal heet het op The Metal Archives) en anderzijds niets dan knappe nummers schrijft. Verder valt er niks aan te merken op productie, speltechniek en zangkwaliteiten. Het blinkt nergens in uit, kleurt altijd netjes binnen de lijntjes, en toch levert dat geen saai album op. Het is de som van al die degelijke elementen die het eindresultaat optilt uit de gewone degelijkheid.