Een album dat inmiddels twee maanden uit is en waarbij nog geen enkele recensie is geplaatst? Het leidde er vanavond toe dat ik van een passieve lezer van MuMe een actief lid ben geworden. Op deze site kom je immers om gefundeerde meningen van andere muziekliefhebbers te lezen, niet het zonder enige argumentatie afkraken van een album. Laat staan het bekvechten dat ik hierboven (en helaas ook bij vele andere albums) aantref. Ik wil weten of een album al dan niet goed is én waarom iemand dat vindt. Dat helpt mij bij het (her)ontdekken van oude en nieuwe muziek.
Laat ik doen alsof ik The Stranglers voor het eerst hoor. Ik probeer te vergeten dat ze op mijn radar staan sinds No More Heroes in 1977 een hitje was en ik bij Toppop zag hoe zij playbacken leuk maakten. Daarbij laat ik hun lange historie en alle encyclopedische feitjes voor wat ze zijn. Ook probeer ik te doen alsof ik ze niet in 2014 in Hedon en in 2019 in de Melkweg heb zien optreden. Dark Matters met frisse oren beluisteren.
Opener Water begint rustig, maar al spoedig zijn daar een grommende basgitaar, ijle synthesizerklanken en een fraaie melodie, verpakt in een loom-swingende 6/8 maat.
This Song is sneller met opnieuw dat basje en die synths; het bevat een scherpe tekst over een voorbije liefde, bijtend gezongen.
And If You Should See Dave is één van de weinige liedjes op Dark Matters die na het overlijden van toetsenist Dave Greenfield werden geschreven. Met zijn akoestische gitaren, klokken en een dromerige gitaarsolo is het een fraaie ode.
Op If Something’s Gonna Kill Me krijgen de toetsenpartijen plotseling een jaren ’80-sound, gevolgd door een trompetsolo van een gastmuzikant. Heel anders dan de vorige tracks, maar man, opnieuw zó lekker.
No Man’s Land bestaat uit een hoekige riff, gevolgd door een uptempo refrein. De track is boos, vooral in het instrumentale deel. Niet mijn favoriet van dit album, maar met zijn kleine 2½ minuut is het precies goed.
The Lines klinkt verrassend genoeg bijna als een folkballade, met een tekst over de lijnen op het gezicht, verwijzend naar gebeurtenissen in het leven. Een hammondorgeltje valt spoedig bij in dit lieve, kleine liedje.
Payday heeft weer de stevige sound van track 1, 2 en 5, maar krijgt in de brug een jazzy benadering. Dát is wat dit album ook zo fijn maakt: het muzikale vakmanschap, de muzikale zijstapjes, de variatie.
Met Down komen we het derde ballade-achtige werkje tegen, deze keer op basis van pianospel. Ballades zijn niet mijn favoriete genre, maar ook hier geldt: kort en krachtig. De akoestische gitaarsolo mag er bovendien zijn.
Op het uptempo The Last Man On The Moon klinken dwarrelende toetsenlijnen. De basgitaar houdt zich in en een digitaal mannenkoortje maakt het lichtelijk gotisch. Het liedje bouwt op naar een climax met een heerlijke toetsensolo.
White Stallion bevat een zware synthesizerbas en meer digitale geluiden klinken, anders dan eerder op dit album. Bovendien is daar alweer een koor, dat ten opzichte van de vorige track is uitgebreid met enkele vrouwspersonen. Onder dit alles klinkt gestaag een discobeat. Als een synthese tussen progrock en new wave, bombastisch-gotisch met heerlijke melodieën.
Afsluiter Breathe is een midtempo ode aan een dame, met zowel akoestische als stevige delen. De laatste klanken van het liedje zijn als van een zender op een verre planeet, met een beetje fantasie verwijzend naar de titel van dit album.
De productie van Louie Nicastro is zowel helder als stevig, alle toetsen werden door Greenfield gespeeld en voor het eerst drumt Jim MacAlauley op een studio-album van de veteranen. Hij oogt overigens steeds meer als de jonge versie van zijn voorganger…
Ik kocht Dark Matters direct bij de band, samen met bonus-cd Dave Greenfield: A Tribute. Hierop acht live-opnamen uit de periode 2015-2019, met zowel oude als recente songs (o.a. Dead Ringer uit ’77 en Water van Dark Matters). De opnamen knallen, opnieuw dankzij producer Nicastro. Opvallend is ook hoezeer zanger/gitarist Baz Warne een meer dan waardig vertolker van het oude werk is. Ook deze bonusschijf is een fraai afscheid van de toetsenist, wiens weduwe op 12 november op de sites van de band een oproep deed aan de fans om zijn opvolger gastvrij te verwelkomen.