Afgelopen zondag kwam ik dit album tegen omdat ik zag dat
gigage er een bericht over had geplaatst. Omnium Gatherum, waar kende ik die naam ook alweer van? Had ik niet ooit een liedje van ze in een afspeellijst gezet? Dat ene met zowel heftige death metal als popachtige toetsen?
Het bleek te gaan om
Frontiers, een track van het 2016-album
Grey Heavens. Het nummer deed het best goed in die afspeellijst, die is gevuld met allerlei genres binnen het rijk der scheurende gitaren. Maar ondanks dat het me goed was bevallen, was ik de band eigenlijk vergeten. Tot de voorbije zondag.
Nieuwsgierig gemaakt naar hun "nieuwe", verschenen in november 2021, was het startpunt was de vraag van gigage: "Valt dit dan nog onder de Scandinavische melodic death metal dan?"
Edwynn gaf al een dag later het antwoord, kortweg samengevat als "ja". De afgelopen week heb ik
Origin tijdens enkele autoritten gedraaid, benieuwd naar deze vreemde eend in het genre.
Onlangs zag ik in 013 de Amerikaanse groep Coheed and Cambria, op promotietour voor
dit album, waar ook al zo'n raar amalgaam van ronkende stijlen klinkt. Deze Finnen doen dat dus ook. Net als in 2016 vind ik ik de combinatie van popachtige toetsenpartijen en zware grunts interessant. Soms werkt het, soms niet.
Het instrumentale
Emergence trekt je de muziek in, waarna
Prime met toetsen á la jaren '80 begint (Nena met
Irgendwie, Irgendwo, Irgendwann bijvoorbeeld) ; dan volgt een snelle recht-door-zee-riff die niet zou misstaan in powermetal, waarna het de grunts van Jukka Pelkonen zijn die voor de deathmetalsound zorgen. Bij de zware en tevens héél melodieuze riffs klinken popachtige toetsenpartijen; die Aapo Koivisto houdt kennelijk nogal van sommige pophits van dertig, veertig jaar geleden. Het leidt ertoe dat ik nogal eens denk naar powermetal te luisteren, dat genre met snelle songs waarvan je meestal na 30 seconden al weet hoe de rest van het nummer zal gaan omdat ze daar niet van tempowisselingen houden.
In dat laatste zit 'm het verschil: Omnium Gatherum doet daar wél aan, maar evenmin schuwen ze aor-achtige koortjes zoals in mijn tweede favoriete track
Paragon.
Als ik het album op elpee had gehad, had ik 'm moeten omdraaien voor het volgende hoogtepunt:
Friction heeft in het refrein enkele rare drumpatronen, zich daarmee onderscheidend van de popachtiger genres binnen metal. Het verrast me, iets wat power metal zelden doet.
Tempest tenslotte vind ik ook nog wel aardig met zijn blastbeats.
Omnium Gatherum heeft het lef om death metal te combineren met invloeden uit de lichte popmuziek. Alsof je zwart roggebrood overgiet met een dun laagje marsepein. Teveel om mij een heel album geboeid te laten luisteren, maar vijf nummers zijn geschikt voor een afspeellijst. Het nummer
Paragon komt zelfs in mijn scheurendegitarenlijst van 2022, als album zal
Origin echter mijn jaarlijst niet halen.