Die docu is zeker leuk! Mooi verhaal over de Canadese rockpioniers die in de jaren '60 in Nova Scotia startten. Vanaf 1972 was April Wine nationaal succesvol met een breed scala aan stijlen. Vanaf 1976 met hun zesde album
The Whole World's Goin' Crazy voor hardrock kiezend, waarmee de populariteit in de Verenigde Staten groeit. Vanaf 1980 volgt ook Europa, al bereikten ze hier nooit de populariteit van de V.S. en Canada.
Mijn eerste kennismaking was via het nummer
I Like to Rock, dat ik ontdekte op twee verzamelaars: eerst
Metalmania uit 1980 en later op de elpee
Monsters of Rock uit datzelfde jaar. Leve de dorpsfonotheek! Een aardig nummer, zij het niet heavy genoeg (ik was meer van Saxon en Black Sabbath). Desondanks belandde het op een cassettebandje en na het veertig jaar niet gehoord te hebben, bleek het nog altijd in mijn geheugen gegrift.
Pas zo'n vijf jaar geleden volgde de tweede kennismaking: een oudere collega wees me op
Say Hello met zijn gekke maatsoort. Begin deze maand prikkelde de documentaire mijn nieuwsgierigheid en zo beluister ik dan eindelijk
Harder..... Faster. Heb tijdens het luisteren de hoes eens goed bekeken en gekoekeld op het straatnaambordje: Boteler Street ligt in Ottawa.
Begin jaren '80 had ik dit "wel aardig" gevonden, tegenwoordig ben ik meer gecharmeerd van deze jaren '70-hardrock. Melodie en stevigheid gaan goed samen, pakkende koortjes en ouderwetse rock 'n' róóóll vloeien naadloos in elkaar over, zonder dat het kazig wordt. Enigszins vergelijkbaar met Boston, maar dan zonder de symfonische kanten of de intense gitaarmuren van die groep. En toch stevig.
Net als toen ben ik verbaasd over de knipoog naar
Satisfaction van de Rolling Stones in het slot van
I Like to Rock: heeft frontman Myles Goodwyn daar nooit een rechtszaak over aan de broek gekregen? Denk het niet, anders was het in de docu genoemd.
Say Hello bevat een slepende 7/4-maat, bovendien bijzonder knap gedrumd door Jerry Mercer.
Tonite begint ingetogen en akoestisch, daarna wordt er stevig gerockt met smeuïg gitaarwerk om vervolgens terug te keren naar het beginthema. Dat is ook zo lekker bij de groep: menig nummer is opgebouwd uit diverse delen met hun eigen thema en riff.
Toch is de muziek hierna wat minder opvallend zij het altijd met die plezante koortjes, riffs en gitaardetails zoals in
Before the Dawn en
Babes in Arms. Totdat wordt afgesloten met
21st Century Schizoid Man. Oorspronkelijk (1969) van King Crimson, geeft April Wine er een stevige draai aan, gecompliceerd spelend: prachtige finale van klasbakmuzikanten.
Begin december '23 overleed onverwacht Goodwyn, terwijl de documentaire in de voltooiing zat. Met het boeiende bandverhaal erbij blijkt
Harder..... Faster een lekker plaatje, prima geschikt voor als ik in de stemming ben voor lichtere hardrock. Wat dat betreft moet ik ook de carrière van Sammy Hagar eens gaan herontdekken...