Ieder die één van de drie eerste platen van Dungen kent, zal niet meer verbaasd opkijken van de vierde, die voor het gemak gewoon 4 heet. De plaat biedt vooral wat we al kennen, maar dan weer net wat anders. In opener Sätt Att Se horen we de psychedelica uit de jaren ’60 terugkomen, met fluit en viool. Målerås Finest is een frivoler, fruitiger en enigszins truttig instrumentaal nummer, het doet me een beetje denken aan de zoete prog van Caravan of Yes. Het tempo ligt op het begin van 4 sowieso iets lager dan op het eerdere werk. Ook Det Ar Tid is zo’n vrij traag nummer, deze keer met een duidelijke structuur met coupletten en de kenmerkende, slepende Gustav Ejstes-zang in het refrein. En hij is weer niet te verstaan, want deze Zweden zingen gewoon in de eigen taal. En dat komt de sfeer van de plaat erg ten goede.
Samtidigt 1 is één lange snelle gitaarsolo met een fade-in aan het begin en een fade-out aan het eind, suggererend dat het een kort fragment (3:15) uit één lange psychedelische jam is. Dat vraagt erom om live van genoten te worden. En wat is het alweer lang geleden dat ze hier op Eurosonic stonden.
Ingenting Är Sig Likt is weer mooie Zweedstalige folkpop. The Doors is een naam die bij me opkomt in het pianogedeelte aan het eind, al ken ik die band eigenlijk helemaal niet zo goed. De piano is op deze plaat nogal bepalend voor het totaalgeluid.
Fredag is iets losser en weer instrumentaal, maar weer heel anders dan Samtidigt 1. Dungen wisselt goed alle verschillende uithoeken van hun muzikale spectrum af. Ondanks dat alle geluiden bekend klinken, verveelt 4 daardoor geen moment. Finns Det Någon Möjlighet is wat mij betreft het beste nummer van de plaat, doordat het al deze uithoeken in zich draagt. Snerpende gitaarnoise in het intro gaat over in een prachtig gearrangeerd sixtiespopliedje (Zombies, Beatles, Kinks), waarin langzaam een groove (Dungen is Zweeds voor groove) slijt, die evolueert tot weer zo’n rauwe psychedelische jam.
Wat klinken de fluiten in Mina Damer Och Fasaner daarna lieflijk. De riffs doen wat oosters aan, maar de instrumentale aankleding verraadt dat het om een heerlijke authentieke Dungen-song gaat. Samtidigt 2 lijkt uit dezelfde jamsessie te komen als Samtidigt 1, wat ook wel logisch is gezien de titel. Een grote rol voor de elektrische gitaar weer, maar dan in een wat lager tempo. Dan hebben we nog Bandhagen tegoed, een sterke instrumentale afsluiter met een mooie wisselende hoofdrol voor piano, glockenspiel en fluit, zonder voorspelbaar te worden. Daarmee is 4 een album dat uitermate geschikt is voor een ieder met een voorliefde voor psychedelische of progressieve muziek uit de jaren ’60 en ’70. Geen uitschieter in het oeuvre van de band, of eigenlijk zou je moeten zeggen dat alle platen van Dungen uitschieters zijn. Allemaal net anders, maar allemaal erg de moeite waard.