April 1981. Ik kwam uit een kleine puberdepressie die een jaar duurde. Blaadjes aan de bomen, vogeltjes zingen, de avonden worden langer en... hoera! De nieuwe Saxon zou verschijnen!
Tja... Op Hilversum 3 mopperde de altijd eerlijke Hanneke Kappen in radioshow Stampij met die
prachtige hese stem over Saxons nieuwe plaat.
Denim and Leather klonk namelijk nogal braafjes.
Hanneke en ik waren het eens: waar waren de gitaarmuren gebleven, waar die knallende drumsound? Het was bijna alsof ik de nieuwe Golden Earring hoorde: stevig was het zeker, maar denderen? Écht niet! Enige tijd later stond de plaat in de fonotheek, want aan kopen waagde ik me niet. Dat bleek een terechte keuze. Aardige songs in het gunstigste geval, maar écht los komt het nergens. Voor een band die een jaar lang had afgegeven op de brave productie van hun debuut, was dit onbegrijpelijk.
Een jaar of wat geleden kwam ik 'm in de kringloop tegen voor zowat niks. De versie uit 2009, verschenen om 30 jaar Saxon te vieren, mét liner notes en bonustracks. Opnieuw die matte ervaring bij het luisteren. Totdat de bonustracks beginnen.
20,000 Ft. was namelijk de B-kant van single
Never Surrender en vooral afkomstig van de vorige plaat; productie: Pete Hinton en Will Reid Dick, die wél wisten hoe het moest. Binnen enkele seconden wordt het manco van
Denim and Leather nog eens fijntjes onderstreept. Automatisch zet ik de muziek harder, alsof mijn arm een eigen wil heeft.
Idem voor de livetracks die volgen.
Bap-Shoo-Ap is van Donington '80 en stond op de speciale editie-
bonussingle bij datzelfde
Never Surrender. Op zich een heel matige compositie, een meezinger immers; maar door de gitaarmuren en knallende drumsound dendert ie zo lekker, dat mijn arm de volumeknop nóg eens hoger zet.
Hierna volgt een concert van de Denim and Leather Tour 1981, inmiddels met Nigel Glockler op drums. Het begint met een openingsmuziekje, waarna de bronzen stem van BBC Radio 1-dj Tommy Vance de show opent. Het publiek herkent de stem van de presentator van de Friday Rock Show, die ik op krakende middengolf wekelijks luisterde. De sfeer is meteen daar en de tracks van het bijbehorende album komen live véél beter uit de verf dan in studioversie.
In de liner notes laat de vorig jaar overleden
journalist Malcolm Dome zanger Biff Byford uitleggen wat er was gebeurd qua productie. Om waarschijnlijk financiële redenen had platenmaatschappij Carrere besloten dat Pete Hinton en Will Reid Dick passé waren. Welkom Nigel Thomas, afkomstig uit het managementteam met de wens producer te worden. In plaats van hem klein te laten beginnen, deed hij meteen een volwaardig album. Dom dom dom.
Alhoewel... Dome vertelt dat ook de andere single
Princess of the Night (pas vijf jaar geleden ontdekte ik dat dit over een posttrein gaat...) het goed deed in de Britse charts. De sound die ik verfoei was wél radiovriendelijker. Twee hitsingles en een hitalbum. En toch. Ik ging twijfelen, net als Hanneke.