En we hebben hier een vijf sterren te pakken!
Een vreemd geval, deze plaat. Ooit op de bonnefooi gekocht en weinig beluisterd in de kast beland. Blijkbaar maakte dit destijds weinig indruk. Een paar weken geleden weer eens gepakt en sindsdien draai ik bijna meer niets anders dan deze plaat, die me opeens helemaal heeft ingepalmd. Misschien omdat in jazz mijn voorkeur inmiddels uitgaat naar de piano in plaats van koperinstrumenten.
Tyner gaat op deze plaat voor de totale overrompeling: Een zeer breed instrumentarium (
check), drukke composities en heel veel ruimte voor zowel zijn imponerende pianospel als solo's van andere instrumenten.
De eerste twee nummers, waarop de orkestratie het verst is doorgevoerd, klinken bijna als een score (misschien word deze associatie gevoed door de op starwars-achtige wijze weglopende letters op de hoes). Een fluitintro opent de standaard Afro Blue, waarna het hoofdthema er kamerbreed inknalt. Niet subtiel, maar wel heel indrukwekkend. Daarna waaiert het nummer alle kanten op met zeer dynamisch spel. En dit blijft eigenlijk zo voor de rest van de plaat. De laatste drie nummers (kant B) leken in eerste instantie wat achter te blijven bij het geweld op kant A, maar blijken bij herbeluistering net zo sterk in elkaar te zitten.
Wat me op deze plaat opvalt is het samenspel tussen bas, drums en piano die elkaar constant op de hielen zitten, voortjagen en af en toe inhalen, een soort tikkertje. Het orkest zorgt voor de onverwachte accenten. De plaat is hierdoor erg druk, en het spel af en toe wat "rockerig". Daar moet je tegen kunnen in jazz, ik hou wel van dit stevige spel.
De solopassages zijn soms erg vrij, waarna de hoofdthema's op onverwachte momenten (soms maar voor even) weer opduiken. Voor mij werkt deze gradatie van vrijheid perfect.
Op naar de 5 sterren, hopelijk ontdek ik nog eens zo'n vergeten pareltje in mijn platenkast
Wil je dit luisteren op spotify: helaas staan er maar drie nummers op. Van de ontbrekende twee is prijsnummer Afro Blue het grootste gemis.