menu

José Afonso - Cantigas do Maio (1971)

mijn stem
3,81 (16)
16 stemmen

Portugal
Folk / Wereld
Label: Orfeu

  1. Senhor Arcanjo (5:33)
  2. Cantigas Do Maio (5:46)
  3. Milho Verde (4:50)
  4. Cantar Alentejano (3:26)
  5. Grandola, Villa Moreno (3:16)
  6. Maio Maduro Maio (2:12)
  7. A Mulher da Erva (2:47)
  8. Ronda das Mafarricas (2:44)
  9. Coro da Primavera (3:49)
totale tijdsduur: 34:23
zoeken in:
avatar van thebestfreaks
4,0
De portugese taal ben ik niet machtig, dus het volgen van de texten zit er niet echt in. Maar wat ik lees over deze man is dat hij een politiek zeer beladen leven heeft geleid en compromisloos zijn eigen koers heeft gevaren. Voor mij werd de muziek van Afonso prachtig geintroduceert door Cristina Branco, op Abril. Deze cd geeft een erg mooi beeld van de veelzijdigheid van Afonso. Intrigerende muziek !

pretfrit
2 stemmen....het is een wonder

Prachtig album...ook als je het portugees niet machtig bent is de emotionele lading overduidelijk. daarnaast is het inderdaad intrigerende en compromisloze muziek...probeer al heel lang een zinnig review van dit album te geven, maar dat wil me maar niet lukken..

zeer bijzondere muziek...open minded liefhebbers, gaat het eens horen!

avatar van misja82
4,0
Ik ga er nu naar op zoek...

avatar van misja82
4,0
Prachtige muziek van Jose Afonso, na het beluisteren van een nummer als cantigas do maia ben ik een completer mens geworden. Niet alle nummers bevallen, maar de pareltjes die er opstaan zijn legendarisch.

pretfrit
het zou kunnen dat de rest wat meer tijd nodig heeft....zou kunnen?

overigens moet je dit album wel in zijn geheel horen...ervaar het als geheel, Ik zou het tenminste niet voor elkaar krijgen "het beste nummer" aan te wijzen.

avatar van Koenr
4,0
José Afonso (ook bekend als Zeca Afonso) begon zijn carrière eind jaren '40 als fado gitarist en zanger, gespecialiseerd in de variant uit Coimbra. Wanneer hij niet ziek was of moest vechten aan het front, nam hij nummers op in een kleine studio, waarvan het merendeel uit deze periode helaas verloren is gegaan. Tijdens zijn studie geschiedenis & filosofie sluit hij zich aan bij het Orfeon Académico de Coimbra, één van de beroemdste academische koren van Portugal, waarmee hij onder meer in Angola and Mozambique optreed. Hij reist in deze periode ook met verschillende andere muzikanten door Portugal en treed regelmatig op voor boeren en fabriekswerkers.

Ergens in de jaren '60, terwijl de politieke onrust in de straten van Coimbra blijft groeien - zowel rondom de situatie in de Portugese koloniën als door de jarenlange dictatuur onder Salazar - begint de fado voor Afonso een beetje achterhaalt te klinken: die eindeloze trieste liedjes met een inmiddels toch wel enigszins rigide structuur. Bovendien wordt het genre steeds meer geassocieerd met de dictatoriale regering, die de kunstvorm steunt en promoot.

Niet zo gek dus dat er onder verschillende Portugese muzikanten langzaam een verlangen groeit om nieuwe, ambitieuzere muziek te maken. Samen met gitarist Rui Pato dwaalt José Afonso eindeloze nachten langs cafés en barretjes in Coimbra, luisterend naar recent verkregen platen van Brel & Brassens, en beginnen ze een serie eigenzinnige ballades te schrijven die de basis van Afonso's debuutalbum Baladas e Canções zullen vormen. Het zijn nummers die nog steeds Fado ademen, maar met eigenschappen die al duidelijk in een nieuwe richting wijzen. De teksten worden langzaam cryptischer, politieker, radicaler, de muzikale structuren eigenzinniger.

En Afonso blijkt inderdaad niet de enige met die ambitie, want midden jaren '60 wordt er zo een nieuw genre geboren: Música de intervenção. Uitgesproken protestliederen tegen het fascistische regime - die dan uiteraard nog wel vol met onontkoombare invloeden uit de fado en folk-tradities zitten. Afonso's eerste liedjes in deze stijl verschijnen niet op zijn debuut, maar er staat er wel eentje op een EP uit 1964: Coro dos Caídos. Uit dezelfde periode stammen ook de eerste protestliederen van de in Angola geboren Luís Cília. Mensen die een indruk van dit genre (en de muzikanten die ermee geassocieerd worden) willen krijgen, kunnen dit album eens opzoeken.

Ergens in 1968 biedt Orfeu Afonso een contract aan en deze vaste bron van inkomsten biedt hem de ruimte om zich meer te focussen op muziek . Zijn eerste album voor het label is Cantares do Andarilho, met daarop het wonderschone slaapliedje Canção de Embalar. Het jaar daarop verschijnt Contos Velhos, Rumos Novos, waarop we niet alleen voor het eerst een uitgebreider instrumentarium horen (o.a. ukelele, harmonica, xylofoon), maar waarop de protestliederen ook voor het eerst echt de overhand nemen. Afonso's fado-roots lijken hier voor het eerst zo goed als verdwenen.

In deze periode neemt Afonso elk jaar een plaat op, en het hoogtepunt van zijn carrière verschijnt eind 1971: Cantigas do Maio. De situatie in Portugal is dan al een tijdje onhoudbaar en net als veel andere Portugese kunstenaars heeft Afonso zijn heil gezocht in Parijs. Hier werkt hij samen met de ruim 10 jaar jongere en daardoor ook een stuk radicalere José Mário Branco. Samen sleutelen ze aan de arrangementen van wat uiteindelijk Cantigas do Maio zal worden. Een breed scala aan instrumenten wordt geregeld en enkele Franse muzikanten worden gestrikt om naar de studio te komen. Rond deze tijd heeft de Tropicália Europa ook bereikt, waardoor er ook enkele Braziliaanse invloeden op dit album doorsijpelen.

Bij het horen van de eerste percussietonen van opener Senhor arcanjo, terwijl Delaporte op zijn congo het ritme aangeeft en er nog wat mensen op de achtergrond discussiëren over het volume, weet je al dat je met een bijzondere plaat te maken hebt. Het daaropvolgende titelnummer maakt dit album op zichzelf al een luisterbeurt waard; de combinatie van het slepende gitaar-motiefje, Afonso's intense stem en de spookachtige, schokkerige accordeon (gespeeld door Branco) geeft me elke keer kippenvel, zeker als al deze elementen richting het einde steeds meer aan intensiteit toenemen.

Grândola, Vila Morena, met de marcherende voetstappen in de achtergrond, zou 3 jaar na de release van dit album onsterfelijk blijken en voor eeuwig deel van het collectieve geheugen van Portugal worden. Het nummer vormde de achtergrond van protesten, verhitte discussies, en later van de feestende mensen op de straten. Het werd de belichaming van het einde van de dictatuur en het nummer zou in de jaren daarop eindeloos gecovered worden en de soundtrack van films en documentaires vormen. Ook op afsluiter Coro da Primavera lijkt de plaat al vooruit te blikken naar 1974:

ouvem-se já os rumores / ouvem-se já os clamores / ouvem-se já os tambores
We can hear the rumours already / We can hear the clamours already / We can hear the drums already

Op de rest van de plaat staan nog een aantal andere pareltjes verborgen, zoals een eerbetoon aan een in de jaren '50 door de militaire politie vermoorde vrouw. Tussen alle eigenzinnige nummers en cynische (maar ook hoopvolle) teksten is er echter ook nog ruimte voor een klein liedje: Milho Verde is een prachtige, ingetogen uitvoering van een traditional, waarvan de basis door een Adufe-ritme wordt gevormd. (Op deze Gal Costa plaat is overigens ook een (wat uitbundigere) versie van dit nummer te vinden.)

avatar van AOVV
4,0
Knappe plaat van José Afonso, vooral de eerste drie songs blijven me heel erg bij. Het titelnummer is monumentaal, maar ook Milho Verde, een (nieuw) arrangement van Afonso's kompaan José Mario Branco van de Portugese traditional, vind ik spookachtig mooi.

Op instrumentaal vlak wat rijker en meer eclectisch dan eerder werk, zoals het puike Traz Outro Amigo Também, en dat weet me wel te raken, zeker in combinatie met Afonso's vocalen, die emotioneel en dwingend op me overkomen.

4 sterren

Gast
geplaatst: vandaag om 02:58 uur

geplaatst: vandaag om 02:58 uur

Let op: In verband met copyright is het op MusicMeter.nl niet toegestaan om de inhoud van externe websites over te nemen, ook niet met bronvermelding. Je mag natuurlijk wel een link naar een externe pagina plaatsen, samen met je eigen beschrijving of eventueel de eerste alinea van de tekst. Je krijgt deze waarschuwing omdat het er op lijkt dat je een lange tekst hebt geplakt in je bericht.

* denotes required fields.

Let op! Je gebruikersnaam is voor iedereen zichtbaar, en kun je later niet meer aanpassen.

* denotes required fields.