"Er wordt op dit album sowieso een hoop vergist."
De angry young man is terug: Elvis Costello bracht op 14 januari 2022 zijn 32e studioalbum uit. The Boy Named If klinkt boos, energiek en poppy als de albums van Elvis Costello & The Attractions uit de jaren ’70 en eerste helft jaren ’80. Het ronkende orgel van Steve Nieve en de rammelende Jazzmastergitaar van Costello zijn al 44 jaar lang bepalend voor de klassieke Costello-sound. Hun samenwerking gaat terug tot The Attractions (begeleidingsband van Elvis Costello tussen 1977 en 1987 en daarna van 1994 tot 1996) die na het vervangen van bassist Bruce Thomas door Davey Faragher in 2001 verder gingen als The Imposters. Op
The Boy Named If wordt Elvis Costello opnieuw door hen ondersteund. Dit nieuwe album werd gecoproduceerd door Sebastian Krys, die ook voorgangers
Hey Clockface (2020) en
Look Now (2018) samen met Costello produceerde. Hoewel
Hey Clockface niet samen met The Imposters werd opgenomen (maar wel met Steve Nieve) is er op het drietal albums sinds 2018 heel consistent sprake van een moderne Costello-sound. En die is succesvol!
Look Now (2018) won in 2020 een Grammy Award in de categorie Best Traditional Pop Vocal Album en
The Boy Named If wordt ook al positief ontvangen door de internationale muziekmedia.
Muzikaal grijpt
The Boy Named If veelvuldig terug op herkenbare klanken uit het oeuvre van de 67-jarige Britse artiest. Opener ‘Farewell, OK’ heeft de energie van ‘Radio, Radio’, het lied waardoor Costello van 1977 tot 1989 werd verbannen uit Saturday Night Live. Het pianospel in ‘The Difference’ doet sterk denken aan ‘Oliver’s Army’ van het album
Armed Forces uit 1979. ‘Paint the Red Rose Blue’, dat als tweede single werd uitgebracht, is een bitterzoete ballade (de enige ballade op dit album) die niet had misstaan op
Painted From Memory, het album uit 1998 waarop Costello samenwerkte met Burt Bacharach. De meeste muzikale verwijzingen komen echter uit de eerste drie platen die Costello in de jaren ’70 uitbracht: met wat fantasie weerklinkt in de eerste maten van ‘My Most Beautiful Mistake’ het intro van ‘Alison’ (1977) terwijl het samenspel van drum en bas op ‘Magnificent Hurt’ doet denken aan ‘Pump it Up’ (1978). Waar die oudste albums redelijk rechttoe rechtaan rock-‘n-roll albums waren, met dito productie, kent de moderne Costello-sound een gelaagde productie waarin de akoestische gitaar zich soms een weg naar voren probeert te wurmen tussen de snoeiharde drums, grommende orgels en altijd heldere basgitaar.
Waar de productie complexer is geworden, geldt dat ook voor de songteksten. Elk lied is een losse scène uit een opzichzelfstaand verhaal. De refreinen of tekstuele hooks zijn vaak voldoende duidelijk om een algemene indruk te krijgen van dit verhaal, terwijl de details in de coupletten wat meer aandacht behoeven om de scène volledig in te beelden. Elvis Costello is een schrijver volgens het principe ‘Show, don’t tell’. Door de afzonderlijke handelingen te bezingen in plaats van de overkoepelende actie, en de ik-persoon in het ene lied een jong meisje te laten zijn en in het andere een oudere man, is het soms lastig begrijpen naar welk verhaal je luistert. Er wordt sowieso een hoop vergist op het album: ‘Mistook me For a Friend’ en ‘My Most Beautiful Mistake’ zijn twee titels en in ‘The Difference’, een vader “mistook me, he took me for his spouse”. Als je de beeldspraak dus af en toe mist, of je Costello’s zang soms net niet verstaat in de mix, maak je daarmee als luisteraar goed deel uit van The Boy Named If.
Dit stuk is door mij geschreven voor de EnClave-blog en daar 15 februari 2022 voor het eerst gepubliceerd:
Elvis Costello & The Imposters - The Boy Named If - enClave