Soms is er weinig voor nodig om dat hoofd van je eens aan de gang te zetten. Zo kan het lezen van een gedichtenbundel je geestelijke vermogens tijd op tijd weer eens activeren, al dan niet met de bedoelingen die de dichter voor ogen had. Zo struikelde ik tijdens het lezen van "de hand boven het hoofd" van hans kloos (inderdaad, de cummings-spelling) over het volgende mij zo ontzettend bekend voorkomende citaat:
I believe right now if I could
I would swallow you whole
I would leave only bones and teeth
We could see what was underneath
And you would be free then
Ik wist zeker dat het van Suzanne Vega was (kloos gaf er geen bronvermelding bij). "Undertow"? Ik wist het niet zeker. Op zo'n moment is wat je nodig hebt, ofwel een platenspeler en de elpee (niet aanwezig, ik zat in de trein), ofwel een mp3-speler (kapot) het enige wat uitkomst kan bieden aan dat vervelende geknaag, "ik weet het zeker, maar toch". Thuis heb ik het de plaat natuurlijk gelijk weer gedraaid, allemaal vanwege die magische regels, de mooiste regels uit die hele gedichtenbundel, die een soort wrange, vreemde intimiteit en tederheid uitdrukken. Welkom in de wonderbaarlijke wereld van Suzanne’s debuut.
Half pratend, half zingend en sprekend in een combinatie van gewone taal en metaforen, een combinatie die aan Leonard Cohen doet denken en met een speelsheid waarin in de verte die al eerder genoemde cummings wat doorechoot, verkent Suzanne onderwerpen als intimiteit, relaties, de buitenwereld en de psychische gesteldheid van een jonge vrouw. Wat betreft dat laatste: in het op een wonderlijke manier tegelijkertijd verstild en gehaast praatgezongen “Freeze Tag” gaat het om de ik-persoon die op het punt van een emotionele uitbarsting staat.
Zo komt er steeds iemand aan het woord die ze niet honderd procent op een rijtje heeft, nou ja, op die ene soldaat na, maar die wordt door een gekke vrouw een kopje kleiner gemaakt, zo gaat dat. Maar je weet hoe het is met vrouwen die Suzanne heten: “you know she’s half crazy and that’s why you want to be there”. Ook de jij-personen zijn niet helemaal goed bij hun hoofd: ergens klinkt het zelfs verwijtend:
Do you love any, do you love none,
Do you love many, can you love one,
Do you love me?
Zo ontaardt dit in een soort ware samenzwering van idioten, maar zo is het leven en Suzanne laat het leven zien zoals het is, al dan niet ondersteund door sterke beelden.
Het mooiste liedje is “Small Blue Thing”, dat zich makkelijk laat analyseren als een moeilijke beschrijving van een relatie, paradoxaal ook wel, maar dat hoort bij het gevoel van verliefdheid, verlangen en intimiteit. Maar toch, Suzanne’s eigen verklaring dat het een bijna kinderlijk spelletje is van “stel je voor, je bent een klein blauw iets, hoe zou je zijn en wat zou je doen?” werpt een ander, minstens zo sterk, licht op de zaak. Zo blijven de teksten intrigerend en gelaagd en voor je het weet spookt er weer zo’n fragment als dat uit “Undertow” door je hoofd.