Tot en met voorganger
The Joshua Tree vond ik ieder U2-album goed, waarbij de muziek per album aan diepgang won, al verloor de groep daarbij iets van zijn onstuimigheid.
Desire was de vooruitgeschoven single van het nieuwe
Rattle and Hum, lekkere maar veel te korte single. Wel viel op dat het geluid was veranderd: niet meer die uitwaaierende wavegitaar, maar een op blues gebaseerde riff, niet helemaal des U2's naar mijn onbescheiden mening.
Met een vriend ging ik op een regenachtige najaarsavond in 1988 naar de film. Deze draaide al een tijdje, het zal dus november zijn geweest. Teleurgesteld liepen we na afloop naar de parkeergarage, al denk ik dat dit voor mij het meest gold. Een Beatles-, Dylan- en Hendrixcover, een saai
Van Diemen's Land en meer van die bluesachtige muziek. De invloed van Amerika op U2 was groot en ik miste de Ierse onstuimigheid van voorheen. Terwijl ik bepaald geen problemen had met blues in rock (de jaren '70-Quo, Rory Gallagher en de eerste albums van Whitesnake bijvoorbeeld), maar dit jasje paste U2 niet. De druilregen die viel paste bij mijn gevoel.
Toen in december single
Angel of Harlem verscheen vond ik het verhaal erbij over Billie Holiday wel interessant, ook qua muziek geen onaardige single en zelfs de blazers kon ik goed hebben. Nu ik de film had gezien, begreep ik beter wat U2 aan het doen was.
Maar het album als geheel? Ik leende het uit de bieb en in het gunstigste geval hoorde ik aardige liveversies van nummers die ik toch al kende, versies die niets toevoegden. Het nieuwe werk raakte me niet op de genoemde singles na. Zoals
Leonidas5 in mei terecht noteerde "Dit rommelige allegaartje". Op zich heb ik met die opzet geen problemen, de film maakt immers duidelijk hoe de rode draad in dit allegaartje loopt. Maar waar het
vielip "vol raakte", was het bij mij gewoon misgeschoten.
Leukste filmscènes: als de band gaat spelen met B.B. King, wat een interessante ontmoeting opleverde met de grootmeester die geen akkoorden bleek te kunnen spelen en de tekst "diep" vond. Als liedje vond ik
When Love Comes to Town echter saai.
Het gospelkoor bij
I Still Haven't Found What I'm Lookin' For is een heel passende toevoeging, maar dan toch veel liever de originele albumversie. Bovendien een foefje dat ik al kende van
I Want to Know what Love Is (1984) van Foreigner en daar had ik ook al niet veel mee. Gospelkoren zijn niet zo mijn ding.
Derde filmscène die enigszins bleef hangen was die van U2's bezoek aan landgoed Graceland van Elvis Presley. Kortom, de film had zijn momentjes, als album bevond ik het teleurstellend.
Toen ik vanavond
Rattle and Hum na 35 jaar weer eens draaide (streaming), bleek ik er nog net zo in te zitten als toen, op één uitzondering na:
Heartland landde opeens goed, mede dankzij Brian Eno's inbreng. Hier klinkt de "jonge U2"; met
Desire het beste nummer van de plaat.
Misschien dat ik Erik, mijn filmmaatje in 1988, binnenkort zie. Ik zal hem eens vragen wat hij indertijd van die film vond en of hij de plaat nog wel eens draait.