Met de classificatie ‘vrolijkste plaat’ van
Clownvis ben ik het ergens wel eens, maar in het geval van Chris Rea is dat niet per se goed nieuws. Chris’ stemgeluid en gitaarspel zijn fenomenaal en goede liedjes schrijven kan hij ook, maar zo af en toe zit er wel eens een uitglijder tussen en meestal zijn dat de liedjes waarin hij een vrolijke noot probeert te raken.
Opener Bambolini rockt wel lekker en heeft een pakkende hook. Het bruggetje heeft hij op On the Beach vrijwel ongewijzigd opnieuw gebruikt in Lucky Day.
De eerste uitglijder is Touché d’Amour, een slap reggae deuntje. Chris Rea en de franse taal is gewoon geen gelukkige combinatie. Kun je ook terug horen op de in het Frans gezongen tracks van het album Louisiana & New Orleans uit de [Blue Guitars] box.
Shine, shine, shine laat de vertrouwde Rea horen, warm en sfeervol. Reasons ligt in het verlengde hiervan.
De titeltrack is wat al te zoetig en easy listening, en is duidelijk geïnspireerd door de geboorte van de kleine Josephine, voor wie hij later een nog veel mooier liedje zou opnemen.
I don’t know what it is but I love it is duidelijk als hitsingle bedoeld. Intro en couplet klinken veelbelovend, hier had zomaar een tweede I can hear your heartbeat in gezeten. Maar vanaf de modulatie in het aanloopje naar het refrein gaat het mis en maakt hij er een dertien- in-een-dozijn popniemendalletje van.
Naar het eind toe begint Wired tot the Moon dan toch een volwaardig Rea-album te worden. Ace of Hearts, Holding Out en Winning behoren tot de betere tracks op deze plaat, waarmee Water Sign nog net een voldoende scoort.