De aparte, wat scherpe stem van Julia Stone openbaarde zich voor het eerst aan mij op de plaat ‘Down the Way’, die ze samen met haar broer Angus maakte. In 2010 was dat. Later dat jaar bracht zij ook haar solodebuut uit, ‘The Memory Machine’, een goeie plaat, dat zeker wel. Geen meesterwerk, net zoals deze nieuwe plaat, ‘By the Horns’, geen meesterwerk is, maar wel een goeie plaat.
De plaat trapt af met een sterk tweetal, ‘Let’s Forget All the Things That We Say’, dat meteen de toon zet voor de rest van het album, en ‘Bloodbuzz Ohio’, een erg smaakvolle cover van het nummer van The National. Julia heeft de basis van het nummer niet verloochend, maar er wel enkele eigen toetsen aan gegeven. Dit uit zich vooral in de blaasinstrumenten die je sporadisch hoort. De passage met de fluitjes is bijvoorbeeld erg mooi te noemen. De intensiteit van het origineel heeft plaats moeten ruimen voor een meer rustgevende invulling, maar het werkt. En dat is het belangrijkste.
‘It’s All Okay’ heeft een pianomotiefje dat me erg aan een ander nummer doet denken, al kan ik er niet op komen welk nummer dat dan precies is. Vervelend. Dat is dit nummer alleszins niet, vervelend. “And it’s all okay; cause love will find a way to be what love is”, zingt Julia, en daarmee lijkt de toon van dit album ook wel wat milder dan die van het debuut. Al betekent milder niet altijd lichtzinniger, of vrolijker. ‘I’m Here, I’m Not Here’ is wat dat betreft een statement. Mooi, sober nummer met weemoedige strijkers op de verre achtergrond. De blazers op het einde van het nummer doen me ook weer aan iets denken, trouwens.
Wie Justine is, dat weet ik niet, maar de tekst vertelt ons dat het iemand is die dicht bij Julia’s hart resideert. Een mooie, soms ontroerende, poëtische tekst. De muzikale ondersteuning is sober, maar doeltreffend (vooral het drumwerk). ‘Break Apart’ kent twee gezichten. De strofes klinken als een winterwandeling, het refrein bloeit open ergens midden mei. “Darling, we could use some honesty, honestly”. Fraaie woordspeling.
‘With the Light’ opent somber, gitaar en piano spelen samen onder één hoedje. De tekst van het nummer is simplistisch te noemen, ik vind het eerlijk gezegd één van de mindere nummers op het album. De drums staan me een beetje tegen. Ook ‘I Want to Live Here’ is geen hoogvlieger, maar best nog te pruimen. De sfeer is wederom somber, maar de tekst klinkt een beetje cliché, vind ik. Zinnetjes als “However you see what’s going on; however you judge what is right, what is wrong” klinken een beetje gekunsteld.
Het titelnummer daarentegen, is echt een pareltje. In dit nummer zitten in feite alle kwaliteiten van Julia. De intensiteit die haar stem kan dragen, de warme en sombere gloed tegelijk, een perfecte melange. Het nummer bouwt geduldig op naar een krachtige climax, met mooie achtergrondzang en rumoerige strijkers, om in alle stilte af te sluiten. Tekstueel vind ik het ook één van de strafste nummers, je kan de situatie zo voor je uitdenken.
‘The Line That Ties Me’ sluit het album in schoonheid af, en doet me een beetje aan het fragiele van Laura Marling denken, vooral het knappe refrein dan.
“I could call you my lover, call you a beast;
Call you the island, where faith doesn’t reach;
Call you a lion, call you a man;
You’re the line that ties me to things, I don’t understand.”
Een tekst die je ook wel van Laura Marling kan verwachten, dus de associatie is niet echt onlogisch.
‘By the Horns’ is een succesvolle opvolger voor ‘The Memory Machine’, en zeker geen stapje terug. Een stapje hoger zou ik het ook niet noemen, want een meesterwerk vind ik het zeker niet. Wel is het een mooi plaatje, met enkele erg knappe songs.
3,5 sterren