Murcof maakt van dat soort muziek waar je aan het einde een sprankje hoop aan over zult houden. Alle oorvervuiling die je dagelijks hoort is voor dat ene moment op de achtergrond terechtgekomen.
Geluiden die je botten treffen, hier een beatje, daar ver op de achtergrond een piano, een huilende cello die de kop op steekt, een kleine distortion hier en daar, precies zoals Murcof betaamt.
Het doet mij gelijke gevoelens hebben als bij het werk van Arvo Pärt, zo mistroostig maar toch zo hoopvol, zo vol leven en liefde.
Is er dan geen enkele kritiek op dit album te geven? Jawel, absoluut, Mijn honger naar een nieuw album van Murcof is alweer behoorlijk groot. De innovatie is niet exorbitant groot in dit werk, het is een logisch vervolg op het meesterlijke Martes album.
Nu is dat natuurlijk geen grote kritiek, maar ik had toch stiekem verwacht dat Murcof een andere richting zou uitgaan. Een track als Ruido is daar dan wel weer een mooi voorbeeld van, de beats verdwijnen de epische klanken a la Badalamenti komen te voor schijn.
Voor dit album heeft Murcof de parels bewaard tot de laatste 2 tracks, die dan ook direct behoren tot mijn favorieten van de man.
Mocht ik ooit verbannen worden naar een onbewoond eiland, dan zal Remembranza mijn grote troost zijn aldaar.
4.5*