In het kader van het
Tip 250-topic
Met Trust Us blijkt Motorpsycho achteraf de meeste fans te hebben verzameld. 'Vortex Surfer' en 'Hey Jane' zijn kleine cultklassiekers en ook hier op de site geldt 'Trust Us' als beste album van Motorpsycho. Maar in een oeuvre als die van Motorpsycho is het moeilijk kiezen tussen de verschillende albums. Pak je niet dit album, dan pak je wel een van de talloze andere door muziekcritici in de hemel geprezen albums. Trust Us had met zijn toegankelijke sound best een erg groot publiek kunnen bereiken, maar een dubbelalbum is wellicht toch teveel voor een commercieel succes, 80 minuten luisteren naar dit zeer schone album is dan ook niet mis.
Het album vangt aan met Psychonaut, een opener die erg aanstekelijk is. Het riffje van dit nummer blijft erg in je hoofd hangen. In combinatie met de stevige drums zorgt dit voor een weergaloze opener van de eerste cd. De zang valt hier eigenlijk helemaal niet op tussen het gitaar -en drum-geweld. Zang is wat dat betreft ook niet meer dan een goede toevoeging aan dit nummer, want instrumentaal redt het zich makkelijk. Er wordt druk gesoleerd op hoog niveau. En met een hoog niveau bedoel ik dat je de solo's en de energie in je lijft voelt gieren.
In de inleiding noem ik de toegankelijke sound, en daarmee doel ik vooral op een nummer als Ozone, het begin van dit nummer werkt met zeer melodieuze zanglijnen. Aan de andere kant wordt het nummer wel steeds harder en ontspoort dit refreinloze nummer wederom in een stel fijne gitaarsolo's. Wat dat betreft borduurt Ozone verder op het eerste nummer en toont Motorpsycho zich een veelzijdige band door samenzang te combineren met ruig gitaarwerk.
Wat je in je hoofd hebt bij Scandinavische bands zijn de metalbands: epische symfonische platen. Waar de vorige nummers meer tegen hardrock aanleunen krijg je bij het tweeluik dat begint met An Ocean In her Eye twee echte epische songs aangeleverd.Op Ocean In Her Eye hoor je erg zware gitaarklanken die een constant voelbare spanning aan het nummer geeft. Het lijkt wel of de mannen van Motorpsycho expres een lange fade-out hebben ingebouwd om de luisteraar even te laten bekomen van de eerste minuten van het nummer.
Het nummer daarna is nog indrukwekkender. Vortex Surfer klinkt niet alleen episch, maar ook bijzonder kwetsbaar. Waar de zanger het vorige nummer nog overtuigend aan het schreeuwen was, blijkt hier hoe iel en breekbaar zijn stem is. De emotie in zijn stem raakt je, iedere keer weer. En als je daar ook nog eens een geweldige opbouw bij optelt. Heel langzaam bouwt het nummer zich stapje voor stapje op, om na 5 minuten los te barsten in een schitterende climax, waar vooral de puike riff positief opvalt. Dat hoor je vooral als je de riff nog eventjes kaal hoort.
Laatste nummer van de plaat, na een intermezzo dat Siddhardtino heet is 577. Een nummer dat diepe bassen bevat die kaal al lekker hard klinken, maar al helemaal als de muzikale deken wat dikker wordt. Moddervet noemen ze dit soort nummers ook wel eens. Zeker als ook de gitaarsolo's nog eens uitstekend zijn, solo's die lekker stuurloos zijn en nergens heen lijken te gaan. In de bridge hoeft niet gehouden te worden aan een vaste structuur en tempowisselingen en hard en zacht worden mooi afgewisseld. Dan keert de structuur weer terug en keert de zang terug met een onbegrijpbare tekst.
Dan wordt CD 2 de cd-speler ingeschoven en horen we op Evernine de kwetsbare zanger na een paar seconden alweer. Schitterende zang weer en een al even mooie tekst. Die ik interpreteer als een in zichzelf gekeerd meisje, dat in haar eigen wereld leeft. Misschien wel een autistisch meisje, dat niets moet hebben van lachende en plagende jongens die haar aanbidden, maar liever in haar eigen dromenland is. Een zeer mooie beeldende tekst waar ook nog eens uitstekende instrumentatie bij is gezocht.
Het korte Mantrick Muffin Stomp is kort maar krachtig. En zoals de titel al zegt krijg je een stomp in je gezicht, want na het dromerige Evernine gaat dit nummer ineens keihard van start. Een onvervalste rockert noemen we dit, met twee grootse uitbarstingen die je ook een refrein kan noemen. De instrumentatie is hier echt heel erg strak en er wordt een geweldig vol geluid gecrëeerd.
Radio Frequency begint akoestisch met de kwetsbare zang die minstens even mooi is als die op Vortex Surfer. Het nummer heeft een erg interessante opbouw, het begint zoals ik al zei rustig, en lijkt even een snelle climax te krijgen, toch brengen de violen de rust alweer heel snel terug naar het akoestische begin waarna we weer het geweldige akoestische begin te horen krijgen. Het net beschreven stuk wordt daarna nog een keer herhaald en daarna krijgen we een mooi soort van soundscape met vooral heerlijke fluitjes. En dan krijgen we eindelijk de climax die al twee keer leek te komen. Dit nummer heeft een prachtige spanningsopbouw en mag met recht tot een van de hoogtepunten van dit album worden gerekend.
Taifun is weer zo'n geweldig nummer. Deze song is zeer sfeervol, sfeer die is opgewekt door gitaren, maar vooral ook door de af en toe invallende Franse hoorn. Taifun neigt heel erg naar post-rock en wellicht heeft het daarom wel zo ontzettend veel sfeer, wat toch een kenmerk is van de post-rock. Taifun valt niet meteen op, maar is juist een mooi groeibriljantje op deze plaat wat ook bij mij denk ik alleen nog maar meer gaat groeien.
Superstooge is zeker niet slecht, maar kan ik zeker niet bij de hoogtepunten van het album rekenen. Het heeft een erg gave gitaarriff, dat wel. En ook het geluid is ruig en vol. De zang staat me alleen een beetje tegen in dit nummer. Het refrein vind ik maar gedeeltelijk geslaagd, omdat de zanger steeds irritant omhoog gaat in het laatste deel van zijn zin. Nou ja, heel irritant is het dan ook weer niet, maar genieten kan ik er ook niet van. Instrumentaal is het dus wel weer gewoon goed in orde.
Coventry Boy heeft dan wel een punkachtige tracktijd, maar kan wel worden gezien als een volwaardig nummer. Coventry Boy is een erg dromerig nummer met een lichtvoetig gitaarriffje wat voor een fijn sfeertje zorgt.
Voor je het weet is het voorbij en zijn we bij het laatste nummer Hey Jane aangekomen. Hey Jane kan als de tweede cultklassieker van dit album worden gezien, met een magistrale intro die ik na het horen ervan de hele dag kan meeneurieën. En niet alleen dat riffje, ook de geweldige drumroffel met vervolgens de ook al fantastische riff die de rest van het nummer voortzet. Hey Jane is een nummer dat zich eigenlijk uitstekend leent voor de radiostations met aanstekelijk riffjes en een bijzonder meezingbaar refrein die ik nochtans vaak niet uit mijn hoofd krijg. Volgens mij heeft dit nummer helaas nooit veel airplay gekregen met uitzondering van de Noorse zenders. Motorpsycho pakt met dit laatste nummer op deze dubbelcd (laatste fade-out Dolphyn niet meegerekend) nog even flink uit met een klasbak van een nummer.
Trust Us is een fantastische ontdekking die ik doe naar aanleiding van het Tip 250-topic en maakt benieuwd naar meer van deze Noorse superband. Of je nou de eerste of tweede cd van dit album tevoorschijn haalt, ze zijn beiden erg sterk en moeten eigenlijk iedere rockliefhebber moeten aanspreken. Hulde!