DutchViking
Omdat ik Manu Chao wel kon waarderen, heb ik deze plaat (min of meer op de gok) onlangs aangeschaft. Dat het een gevarieerd plaatje was kon ik al wel bedenken, maar King of Bongo overtreft al mijn verwachtingen. Des te groter is mijn verbazing over het lage stemgemiddelde, omdat Mano Negra hier allerlei genres op smaakvolle wijze met elkaar samensmelt en daar overheen nog een eigentijds sausje toevoegt. Alleen al vanwege de vernieuwingsdrang en tegelijkertijd het vertrouwde, authentieke eigen geluid verdient King of Bongo meer dan de schamele beoordeling die het op deze site krijgt.
Ska, metal, folk, chanson en punk zijn voorbeelden van de stijlen die door deze sympathieke Fransen worden gehanteerd. Na het opzwepende, maar relaxed klinkende Bring the Fire volgt het bekende titelnummer, waarin skapunk op overtuigende wijze hand in hand gaat met Afrikaanse klanken. Juist op het moment dat ik me afvraag hoe de band tot deze experimenteerdrang is gekomen, volgt Don't Want You No More, waarop gas wordt terug genomen en dat heerlijk voortkabbelt zonder echt te vervelen. De song doet me erg denken aan Should I Stay or Should I Go van The Clash, een band die wellicht een grote bron van inspiratie is geweest voor Mano Negra.
De eerste twee minuten van Le Bruit de Frigo hadden zo van de hand van Charles Aznavour kunnen komen, maar de song herbergt toch ook weer een vertrouwd Mano Negra-geluid. Vervolgens kom ik een ommekeer tegen waar ik nogal verrast door ben, maar die me niettemin goed bevalt. Letters to the Censors is ongekend fel en wordt op haar beurt weer opgevolgd door El Jako, een in het Spaans gezongen nummer waarin flamenco de boventoon voert. Het ska-achtige It's My Heart is opnieuw een hoogtepunt en wordt opgevolgd door Mad Man's Dead, waarin de band haar bewondering voor The Clash niet onder stoelen of banken steelt.
Melancholie voert de boventoon op het ingetogen en tegelijkertijd schitterende Out of Time Man, voor mij een van de absolute hoogtepunten van King of Bongo. Na deze sensationele track volgt het enigszins tegenvallende Madame Oscar, dat net te veel ska in zich heeft om mij te kunnen boeien. Ik ben geen liefhebber van het genre ska, maar in combinatie met andere genres kan ik het zeker wel waarderen.
Het einde mag er ook zeker zijn, met als hoogtepunten het catchy Furious Fiesta en het door-en-door Franse Paris le Nuit, een chanson van grote klasse.
Deze plaat bevat vrijwel alles om mij als luisteraar te boeien, daarom verdient King of Bongo een welverdiende 4,5* van mij. Na beluistering van King of Bongo ben ik direct overgegaan naar de andere platen van Mano Negra. De stijl van zowel Patchinka als Puta's Fever beviel me eveneens prima. Na het beluisteren van Les Negresses Vertes en Gotan Project ben ik helemaal overstag en tegenwoordig speur ik daarom maar al te graag naar Franse folk- en wereldmuziek.