Bij het selectief doorspitten van de discografie van deze band heb ik me tot nog toe beperkt tot de bij MusicMeter hoogstgenoteerde platen en/of de albums die ook daarbuiten de grootste reputatie hebben (op mijn plank nu 12 in totaal), maar nu ben ik dan toch aangekomen bij een plaat die beduidend minder hoog staat aangeschreven. En het is wel even schrikken, want bij het openingsnummer val ik na het mooie piano-intro opeens in een groove die bij mij onmiddellijk associaties oproept met U2 ten tijde van She moves in mysterious ways en andere bands à la de Stone Roses en EMF, en die sound was in 2001 volgens mij al passé. Of de drums hier akoestisch of elektronisch zijn weet ik niet, maar ze klinken ontzettend synthetisch, en in combinatie met de wah-wah-gitaar, de lage bas, de zang die soms als Neil Finn klinkt en het algemene kunstmatige geluidsbeeld levert dat een plaat op die mij maar zelden raakt. En nee, het is niet vanwege hun poging tot vernieuwing dat ik afhaak, dat vind ik prima en juich ik toe, het is het resultaat ervan, het grove bandgeluid dat ook in de composities doorsijpelt en dat veel nummers de nek omdraait – This is the 21st century heeft bijvoorbeeld een prachtige melodie, maar het kost me echt moeite om door de bijbehorende synthetische en monotone begeleiding "heen te luisteren", en die eindeloze echoënde gitaarsolo op het einde doet de zaak ook geen goed. Ik kan aan deze plaat maar weinig plezier beleven.