menu

Bright Eyes - Down in the Weeds, Where the World Once Was (2020)

mijn stem
3,76 (122)
122 stemmen

Verenigde Staten
Rock
Label: Dead Oceans

  1. Pageturners Rag (3:57)
  2. Dance and Sing (4:30)
  3. Just Once in the World (3:28)
  4. Mariana Trench (3:41)
  5. One and Done (4:53)
  6. Pan and Broom (2:52)
  7. Stairwell Song (3:40)
  8. Persona Non Grata (3:32)
  9. Tilt-A-Whirl (2:20)
  10. Hot Car in the Sun (2:27)
  11. Forced Convalescence (4:08)
  12. To Death's Heart (In Three Parts) (5:25)
  13. Calais to Dover (4:17)
  14. Comet Song (5:35)
totale tijdsduur: 54:45
zoeken in:
4,5
Jaren geleden kondigde Conor Oberst al eens aan met Bright Eyes een album te willen maken met een wall of sound als bij Phil Spector. Hier is het dan, Down in the weeds. Ik heb altijd hoop gehouden op een nieuw Bright Eyes album. Wat is het fijn dat ze terug zijn.

Pageturners Rags opent het album in de “beste’” Bright Eyes traditie met een spoken word sample die je het album in trekt. Dit keer in het Spaans en er ontvouwt zich een jazzy pianostuk. Het is de opmaat voor een album dat voor Bright Eyes fan direct vertrouwd voelt. Als een winterjas die je tegenkomt op zolder en die je weer als gegoten zit.

Bright Eyes kleurt ieder album net weer wat anders in. Waar I am wide awake een 70’s folk album gevoel heeft, past dit album in toon ergens tussen Digital Ash en Cassadaga, maar dan vertaald naar 2020. Laat je niet afschrikken door dat eerste mocht Digital Ash niet je cup of tea zijn. Het album bevat veel momenten van grote schoonheid en muzikaal vakmanschap. Dat laat zich al direct aftekenen bij Dance and Sing, de eerste song na het intro. Bright Eyes is een drie eenheid met Conor Oberst, Mike Mogis en Nate Walcott en dat zet dit album direct apart van het solowerk van Conor van de afgelopen jaren.

Nieuwe wegen worden er niet direct verkend, met uitzondering wellicht van Pan and Broom waarin Conor over een drumbeat zingt. Ook al snijden de songs misschien niet zo diep als zijn hoogtepunten uit de vorige decennia, dit album voelt als geheel als een album dat gemaakt moest worden. Een scheiding en de dood van zijn broer vormen de ingrediënten van een album waarin Conor je met de bekende Bright Eyes dramatiek zijn wereld laat betreden. Sommige dingen veranderen nooit. En dat is in dit geval een zegen.

avatar van VladTheImpaler
3,5
De albums van Bright Eyes ken ik nog niet zo goed, ik ben tot nu toe eigenlijk vooral van de losse (bekende) nummers geweest. Afgaande op wat ik ken van Bright Eyes had ik niet zo'n vol band geluid verwacht, maar juist eerder wat rustiger en meer folky.

Hoe dan ook opent het album - 'Pageturners Rag' buiten beschouwing gelaten - erg mooi met 'Dance and Sing', vooral de toevoeging van de strijkers pakt hier mooi uit. Verdere hoogtepunten op het album voor mij zijn 'Mariana Trech' wat een fijne single is, de fraaie rustige stukken in 'Stairwell Song' en 'Calais To Dover' dat mooi meeslepend eindigt. De rest van de nummers zit vooralsnog een beetje in de categorie 'degelijk' of doet me niet heel veel. Slechte momenten zijn er niet, behalve misschien de irritante doedelzak in 'Persona Non Grata' wat het nummer voor mij een beetje verpest. Verder valt de herkenbare zangstem van Conor natuurlijk snel op. Ik merk dat het erg verschilt per nummer of ik zijn zang goed of minder goed kan hebben en of het wel of niet bij het nummer past. Soms heb ik het gevoel dat het net iets te dramatisch klinkt.

Uiteindelijk is denk ik de terugkeer meer dan gerechtvaardigd, met een prima album dat zo zijn mooie momenten heeft. Een paar nummers vinden denk ik wel de weg naar de afspeellijst met beste nummers van dit jaar, maar ik betwijfel of ik het hele album nog veel vaker ga draaien dit jaar.

avatar van dafit
4,0
Uit mijn tweewekelijkse Popcorn-nieuwsbrief over de beste nieuwe popmuziek (aanmelden kan hier):

In de jaren nul groeide Conor Oberst met zijn band Bright Eyes uit tot misschien wel de belangrijkste folkzanger en singer-songwriter van zijn generatie. I’m Wide Awake, It’s Morning werd in 2005 zelfs “het urgentste popalbum sinds Nevermind” in NRC genoemd. Na het veel mindere The People’s Key (2011) ging Oberst solo verder en helaas haalde het ‘wonderkind’ - zoals hij vaak wordt genoemd - nooit meer het niveau van zijn Bright Eyes-tijd.

Nu, bijna tien jaar later, is er Down in the Weeds, Where The World Once Was. Het goede nieuws: het is een echte Bright Eyes-plaat met vertrouwde elementen als emotionele zang, gekke geluidsfragmenten en spitsvondige teksten. Neem alleen al deze vintage Oberst-regel uit het eerste couplet van Mariane Trench: “Where selfishness is currency / People spend more than they make”.

Wat opvalt is dat Bright Eyes meer grof geschut inzet dan voorheen. Veel nummers zijn voorzien van grootse orkestrale arrangementen met veel violen en trompetten en op Persona Non Grata duiken zelfs doedelzakken op. En dan is er nog dat wat vreemde koortje dat de climax van Dance and Sing opsiert. De productie is soms zo overvol dat nummers dreigen te bezwijken onder wel erg veel bombast, maar dat gebeurt net niet. Wel snak je soms naar een rustmoment.

Een wonderschoon klein liedje als First Day Of My Life, waarop Oberst eerder betoverde met weinig meer dan zijn stem en gitaar, ontbreekt helaas. Wel neemt hij wat gas terug op het sober getoonzette Pan and Broom en Hot Car in the Sun. Uiteindelijk zijn het toch vooral de groots opgezette en meeslepende nummers die zich het meest kunnen meten met het beste Bright Eyes-werk, zoals de orkestrale wals van Comet Song - een feestelijk slotakkoord. Dit is een bruisende comebackplaat die luisteraars wakker schudt. I’m Wide Awake, It’s Morning!

avatar van ZERO
3,5
Altijd fijn als Conor Oberst met nieuw werk komt. Hoewel niet alles wat hij uitbrengt van hetzelfde niveau is, ben ik toch altijd weer héél benieuwd.

Bright Eyes heb ik altijd als een one-man-band gezien. Misschien moet ik die mening stilaan toch een beetje herzien. Na enkele soloplaten klinkt deze nieuwe toch weer net iets meer als Bright Eyes en niet als Conor Oberst solo. De vraag is natuurlijk of dat komt door de manier van schrijven en spelen dan wel door de muzikale inbreng van de andere bandleden.

Vergeleken met het laatste Bright Eyes album, The People's Key, vind ik deze een stap vooruit. Vergeleken met de laatste solo albums van Conor Oberst vind ik het dan weer eerder een stapje terug.

Het is een erg constant album geworden, dat wel. Wat mij betreft staat er geen enkel skipnummer op en klinkt elk nummer goed. Maar ik mis ook de uitschieters in de andere richting. Als ik een toplijst van mijn favoriete Bright Eyes nummers maak, is denk ik elk album vertegenwoordigd. Maar van deze zou ik niet meteen kunnen zeggen welk nummer in die lijst zou horen. Misschien komt dat nog met de jaren, maar vooralsnog ontbreken de échte toppers voor mij. De enige nummers die voor mij in de buurt komen, zijn Tilt-A-Whirl en Stairwell Song.

Ik las hierboven al dat het geluid op het album erg vol klinkt. Dat is wellicht mijn grootste probleem. Van mij had het allemaal wat breekbaarder en/of chaotischer gemogen.

Favorieten: Tilt-A-Whirl, Stairwell Song

3,5*

avatar van deric raven
4,0
Het is 2011 als Bright Eyes besluit om een tijdelijke adempauze in te lassen. Conor Oberst blijft zeer productief, en brengt onder zijn eigen naam verschillende soloplaten uit. Gitarist Mike Mogis is op Ruminations aanwezig, maar verbreed zijn werkveld door als gastartiest zijn bijdrages te leveren bij verschillende bevriende bands. Ook Nate Walcott vervult zijn rol als pianist op platen van frontman Conor Oberst (One of My Kind en Upside Down Mountain) en richt zich vervolgens voornamelijk op filmscores met hier en daar een uitstapje bij gevestigde namen als Beck en U2.

Als Conor Obest met Phoebe Bridgers in 2019 het prachtige tweestemmige geslaagde samenwerkingsverband Better Oblivion Community Center uitbrengt lijkt het er ondertussen op dat Bright Eyes definitief passé is. Een mooie voedzame periode welke een negental volwaardige albums heeft opgeleverd. Dan komt in januari 2020 opeens via Instagram het bericht naar buiten dat er later dat jaar een nieuwe Bright Eyes plaat te verwachten valt. Een aangename verrassing waar vrijwel niemand op gerekend heeft.

Down in the Weeds, Where the World Once is geen logisch vervolg op The People’s Key, en dat is eigenlijk ook wel prima zo. Ondanks dat die plaat nog wel degelijk vol staat met lekkere stevige gejaagde indiesongs, en waarbij de beladen pianoballad Ladder Song zelfs tot hun beste werk gerekend mag worden, is hier de rek er echt wel uit. Helaas geen Phoebe Bridgers op Down in the Weeds, Where the World Once, maar wel bijdrages van de door Conor Oberst ontdekte singer-songwriter Miwi La Lupa, voormalige gastvocalist Andy LeMaster, en de veelzijdige zangeressen Susan Sanchez en Jesca Hoop.

Bij de overige namen springen vooral die van Macey Taylor, het voormalige bandlid van de Conor Oberst And The Mystic Valley Band en Flea eruit. Die laatste is door Nate Walcott geïntroduceerd, een vruchtbare werkrelatie die overgehouden is van het als pianist meetouren met Red Hot Chili Peppers. Als dan vervolgens ook nog de van Queens Of The Stone Age afkomstige hakmachine Jon Theodore achter het drumstel plaatst neemt, kan er eigenlijk niks meer fout gaan.

Pageturners Rag bouwt zich op rondom flarden gesprekscollages waarbij er geput wordt uit privé opnames waar ook zijn Mexicaans sprekende ex-vrouw Corina Figueroa Escamilla en moeder Nancy Oberst een rol in vervullen. De sfeer is charleston jazzy gedreven door jaren vijftig blazers en rokerig kroegpianospel.

Dat beeld wordt vastgehouden in het vergeelde fotoalbum nummer Just Once in the World. Het is overduidelijk een verslag van het dramatische zwarte dagboek van de zanger, die juist zijn oude maatjes nodig heeft om het verleden een plek te geven. Want een ding mag duidelijk zijn, Bright Eyes speelt daar een gigantische grote rol in. Het is een mooi gegeven dat er nieuw leven in de band gepompt wordt, maar het is in principe voornamelijk een persoonlijke verwerkingsalbum van Conor Oberst.

Dance and Sing dwaalt ergens tussen een high school musical en een seventies rockopera in, en roept direct die nostalgische drang naar het verleden op. Een gelukkige tijd zonder corona (welke indirect wel terugkomt in het heerlijk rockende Calais to Dover), met een gelukkig huwelijk en voor het vroegtijdige overlijden van Conors broer Matt Oberst. Het strijkorkest zorgt voor de denkbeeldige vintage papieren slingers die met elke feestelijke gelegenheid vanuit een muffe doos op zolder tevoorschijn getoverd worden.

De lichte synthpop akkoorden en helder gelikt gitaarspel maken van Mariana Trench een eighties new wave track, waarbij die hang naar de zorgeloze kinderjaren van Matt en Conor centraal staan. Ondanks dat het tekstueel over de kapitalistische uitbuiting van de natuur gaat, zit er ook genoeg jeugdige idealistische rebellie in verborgen. De grootse aanpak camoufleert het verdriet, maar neemt de pijn niet weg.

Het aangetaste geweten van de frontman vind zijn vorm als oude gebroken man in het naargeestige One and Done, waarbij de treurnis ingekapseld wordt door schreeuwerige bombast in de hulpeloze vocale uithalen die in echo’s dreigen te verdrinken. Datzelfde geweten komt terug als de geestverschijning van Matt Oberst in Tilt-A-Whirl waar de hunkerende broederliefde voor Matt Oberst en zijn dagelijkse gemis zeer sterk op de voorgrond treden.

Dat zijn relatie met Corina Figueroa Escamilla een op springen staande blok dynamiet was blijkt wel uit de vreselijke verwensingen in Pan and Broom en de relationele onderhuidse stiltes in Stairwell Song welke met verbitterende blazers en ingehouden pianospel zijn vorm krijgt. Dat de volgende stap zich richt op het aangaan van nieuwe relaties, puur om de eenzaamheid te ontvluchten en het kluizenaarsbestaan te vermijden komt hard binnen op Persona Non Grata.

Een vogelvrij verklaring, een schietschijf, maar dus ook een wanhopige gelukszoeker die zijn verdriet letterlijk verdrinkt, dan wel verdringt in het prairiesong duet To Death’s Heart (In Three Parts), waar Jesca Hoop de vrouwelijke kant toelicht. Het afsluitende sentimentele, kwijlende Comet Song is typisch Amerikaans, met de kracht van God komt alles wel weer goed. Och ja, we nemen het met een korreltje zout erbij maar voor lief, het feelgood waardig afronden hoort er ook wel bij.

Bright Eyes klinkt op Down in the Weeds, Where the World Once oud, uitgeblust en afgeleefd, maar zeker niet inspiratieloos. Het gospelkoor in Forced Convalescence heeft zelfs iets hoopgevends. Of dit daadwerkelijk een nieuw hoofdstuk van de band is daar blijf ik maar over twijfelen. Het voelt nog steeds meer als een zware soloplaat van Conor Oberst, die voor hem een therapeutische werking heeft. Misschien moet ik dit beeld maar gewoon loslaten, het is een fijne vervolgstap welke niet geëtiketteerd of gedefinieerd dient te worden.

Bright Eyes - Down in the Weeds, Where the World Once Was | Rock | Written in Music - writteninmusic.com

Gast
geplaatst: vandaag om 21:00 uur

geplaatst: vandaag om 21:00 uur

Let op: In verband met copyright is het op MusicMeter.nl niet toegestaan om de inhoud van externe websites over te nemen, ook niet met bronvermelding. Je mag natuurlijk wel een link naar een externe pagina plaatsen, samen met je eigen beschrijving of eventueel de eerste alinea van de tekst. Je krijgt deze waarschuwing omdat het er op lijkt dat je een lange tekst hebt geplakt in je bericht.

* denotes required fields.

Let op! Je gebruikersnaam is voor iedereen zichtbaar, en kun je later niet meer aanpassen.

* denotes required fields.