“I kept everything inside and even though I tried, it all fell apart”
Eergisteren verloor Chester Bennington, frontman van Linkin Park, de strijd met zijn eigen geest op 41-jarige leeftijd. Hij laat een vrouw en zes kinderen achter. Het nieuws raakte me, ook al heb ik nooit naar Linkin Park geluisterd met dezelfde intensiteit als sommige leeftijdsgenoten. Ik kende geen teksten vanbuiten, keek niet reikhalzend uit naar nieuwe releases van de band en raakte zelfs wat geïrriteerd door mensen die dweepten met Chester en co. Zo goed waren ze toch niet? Nu-metal leek me een snel voorbijgaande rage te zijn die algauw in de donkere, vergeten krochten van de muziekgeschiedenis zou belanden. De combinatie van hardere Rock/Metal en Hip-Hop was nog nooit echt op deze manier uitgevoerd, maar mijn jonge oren konden deze vernieuwing niet appreciëren. Ik schoof deze muziek opzij als zijnde irrelevant en dook opnieuw in mijn Post-Punk en New Wave platen.
Toch nestelden enkele deuntjes van Linkin Park zich met nostalgische tederheid in mijn geheugen, en ik kan niet terugdenken aan mijn middelbare schooltijd zonder dat de muziek van Chester Bennington en Mike Shinoda ergens voorbij komt gefladderd.
Jaren gingen voorbij, ik ging anders naar muziek luisteren, verkende andere horizonten en keerde soms terug naar platen die ik ooit verwerpelijk vond. Die term heb ik bij Linkin Park echter nooit gebruikt. Een hele tijd terug luisterde ik met hernieuwde interesse naar hun debuutalbum ‘Hybrid Theory’ en moest constateren dat deze plaat een ongelooflijke energie bezit. De songs zijn aanstekelijk: het is muziek voor een generatie die behoefte had aan een nieuwe vocabulaire om uiting te geven aan haar frustraties, teleurstellingen en angsten. Naar aanleiding van het droeve nieuws over Chester ben ik ook meer te weten gekomen over zijn tragische levensloop: jarenlang misbruik, verslavingsproblematiek en depressies tekenen zijn jonge leven. Dit alles geeft de teksten op ‘Hybrid Theory’ een emotionele lading mee die sterk resoneert (of allesinds resoneerde) bij een jong publiek. Chesters trauma’s blijken onherstelbare psychische littekens teweeggebracht te hebben, maar zijn muziek is ongetwijfeld therapeutisch geweest voor talloze fans die vergelijkbare problemen hebben doorgemaakt. Hulde daarvoor, Chester, alsook voor je kenmerkende stijl en alles wat je de muziekwereld hebt geschonken. Deze review draag ik op aan jou en iedereen die je een warm hart toedraagt. We beginnen aan ‘Hybrid Theory’.
‘Papercut’ knalt er gelijk in met een vette gitaarriff en de typische raps van Shinoda. Wanneer de zang van Chester erbij komt hoor je pas echt de typische Linkin Park-sound die het Warner Bros label meer dan 30 miljoen verkochte albums zou opleveren. Een ‘hybrid’ tussen metal, rock en rap. Een solide tekst en refrein maken van ‘Papercut’ de perfecte opener. Sterke performances van alle bandleden hier.
“It’s like I’m paranoid lookin’ over my back
It’s like a whirlwind inside of my head
It’s like I can’t stop what I’m hearing within
It’s like the face inside is right beneath my skin”
‘One Step Closer’ begint zo mogelijk met een nog aanstekelijkere riff dan het vorige nummer. De vocals vullen elkaar perfect aan en zijn in balans, Shinoda en Bennington als het gouden duo van de nu-metal. Weer slagen ze erin om een catchy refrein uit hun mouw te schudden en de energie blijft aanwezig.
Op ‘With You’ weerklinkt opnieuw een soortgelijk gitaarwerk, maar het tempo ligt te hoog en de ‘flow’ is te goed om nu al te gaan vervelen. Enkele handigheidjes op vlak van productievlak worden toegevoegd maar komen niet ‘gimmicky’ over. Wederom klinkt Bennington erg passioneel zonder de pedalen te verliezen, een eigenschap die hem als zanger ver boven de middelmoot doet uitstijgen.
‘Points Of Authority’ blijft uit hetzelfde vaatje tappen, maar het valt me op hoe snel en vlot de nummers in elkaar overlopen. Dit zorgt ervoor dat ook bij dit 4de nummer de vaart er niet uitgaat.
Als men hierna een onopvallend nummer geplaatst zou hebben, was de kans groot dat het album als een groteske kaassouflé in elkaar zou zakken. Gelukkig wordt ‘Points Of Authority’ gevolgd door het ijzersterke ‘Crawling’, met een geweldige zangprestatie van Bennington en een tekst die onder de huid gaat zitten. Eén van mijn persoonlijke favorieten. Opvallend genoeg ook een nummer waar de focus erg op Chester ligt.
“There’s something inside me that pulls beneath the surface
Consuming confusing
This lack of self-control I fear is never ending
Controlling I can’t seem
To find myself again
My walls are closing in
I’ve felt this way before
So insecure”
‘Runaway’ vind ik ook erg lekker klinken. Mooie, volle productie, wat ik ervoor misschien als ‘te afgelikt’ bestempeld zou hebben. Het poppy kantje van de band komt hier om de hoek kijken, maar ook dat doen ze goed. Meezingen met het refrein allemaal:
“I wanna run away
Never say goodbye
I wanna know the truth
Instead of wondering why
I wanna know the answers
No more lies
I wanna shut the door
And open up my mind”
Het lichtjes freaky begin van ‘By Myself’ doet de luisteraar even opschrikken, maar het songmateriaal is hier te flauw om te overtuigen. De kritische luisteraar begint parallellen tussen de nummers te zien en vreest dat het een trucje is dat eindeloos herhaald zal worden. Toch meen ik dat het probleem hier misschien niet zozeer bij het nummer zelf ligt, maar bij de plaatsing van het nummer in de tracklist. Het verbleekt gewoon bij de twee voorgaande nummers. En al helemaal bij het volgende.
Track 8 is wellicht het meest populaire nummer van Linkin Park en wat mij betreft ook hun beste. ‘In The End’ draagt alle kenmerken van een rock-anthem in zich: groots refrein, machtige hooks en gewoon een topmelodie. Ik weet niet of Chester ooit beter heeft geklonken dan op dit lied. De tekst is louterend en goed in zijn eenvoud. Een classic.
“I’ve put my trust in you
Pushed as far as I can go
For all this
There’s only one thing you should know
I tried so hard
And got so far
But in the end
It doesn’t even matter
I had to fall
To lose it all
But in the end
It doesn’t even matter”
Alles wat na ‘In The End’ komt kan de megahit niet overtreffen. Toch hebben ook deze nummers hun waarde en ze ronden het album meer dan waardig af. ‘A Place For My Head’ is een oerdegelijk nummer met nog enkele leuke instrumentale stukjes en fijne zang en rap van Bennington en Shinoda.
‘Forgotten’ doet me heel erg aan Limp Bizkit denken om begrijpelijke redenen. Op muzikaal vlak blijft echter de unieke Linkin Park-sfeer doorschemeren. Eveneens een leuk refrein. Het is weeral schrikken als het lied erop zit: nog maar twee te gaan.
‘Cure For The Itch’ blijkt een zo goed als instrumentaal stuk te zijn, dat voor mij vele echo’s bevat van de magische jaren ’90. Het nummer begint met iets wat op een typische rap-skit lijkt en gaat nadien over in een muzikaal stuk dat doet denken aan Moby maar vooral aan de sampleskills van DJ Shadow. Interessant nummertje.
Afsluiter ‘Pushing Me Away’ heeft elementen van ‘In The End’ maar is toch weer anders. Veel valt er niet over te zeggen behalve dat het gewoon goed in elkaar zit, zonder meer. Het heeft alle Linkin Park elementen die op perfecte wijze in elkaar passen en daarmee voor een bevredigend einde van de LP zorgen.
12 nummers, alles bij elkaar goed voor net geen 38 minuten aan muziek. Meer heeft ‘Hybrid Theory’ niet nodig om het nieuwe milennium met een enorme knal in gang te zetten. Een mijlpaal voor het jonge genre dat nu-metal heet en een plaat met ongelooflijk veel betekenis voor zoveel jonge mensen. Genoeg emotionele getuigenissen te vinden op het web: deze band heeft vele harten beroerd en verdient daarom alleen al mijn respect. Latere albums kenden nooit meer de kwaliteit van dit debuut, maar de hits blijven overeind. Chester, ‘In The End’ maakte het zeker wel uit wat je voor de (muziek)wereld en je fanbase hebt betekent. ‘Hybrid Theory’ is één van de eerste klassiekers van de Nillies geworden, tot spijt van wie het benijdt.
Deze post is afkomstig van mijn muziekblog
Pop-Pourri , ook terug te vinden op facebook