In 2009 stond deze band in de kleinste tent op Lowlands en werden ze bijna overstemd door de toen bedroevend spelende Arctic Monkeys die het festival afsloten in de grootste tent. Dat was vreselijk jammer want het optreden van The Maccabees was vele malen beter dan dat van de poolapen die alleen nummers speelden die nog niemand kende omdat het nieuwe album net was uitgekomen.
Dit was in de tijd van Wall of Arms dat een zeer positieve indruk op me achter liet niet in de laatste plaats vanwege de vergelijkbaarheid met een van mijn favoriete bands Arcade Fire. Het was welliswaar allemaal wat poppy en catchy, maar het leverde destijds een heerlijk album op dat zeker niet onderdeed voor Humbug van Arctic Monkeys.
In 2012 zijn ze een van de eerste bands van betekenis met een release. Het album dat Wall of Arms moet doen vergeten is Given to the Wild getiteld en laat een heel ander geluid horen. De vergelijking met Arcade Fire kan de afvalbak in, iets wat enerzijds negatief - het is namelijk geen schande om met die band vergeleken te worden - maar anderzijds ook positief genoemd kan worden omdat het vernieuwend is. Vernieuwing is voor mijn progressief denkende persoontje natuurlijk altijd een pre.
Nummers die mij opvallen zijn Feel to Follow, Ayla en Pelican. Feel to Follow begint heerlijk rustig, maar eindigt echt fantastisch, flitsende gitaren met een vleugje mystiek. Het hierop volgende Ayla doet het daarna niet minder, maar het nummer dat echt blijft hangen is Pelican. Catchy zoals we gewend zijn, maar zonder de invloeden van Arcade Fire. Ik vind dit een uitstekende opvolger van Wall of Arms.
klik