Mijn eerste kennismaking met deze band, maar al vanaf de eerste seconde klinkt dit vertrouwd en warm. Ik zou dit eigenlijk als "ontspannen" prog-metal willen omschrijven, want hoe complex de nummers en de arrangementen ook zijn, het klinkt allemaal heel toegankelijk, het geluid is vol en helder en de nummers hebben duidelijk een kop en een staart. Zeer belangrijke troef is de stem van Paul Manzi, die mij heel soms aan Seal doet denken, maar meestal aan Gary Brooker, net als hij een zanger die goed "een verhaal kan vertellen". Dat levert zeker in het begin een paar prachtige nummers op, maar gedurende de tweede helft verslapt mijn aandacht af en toe een beetje. Het titelnummer klinkt bijvoorbeeld wat àl te gemakkelijk (hoewel de laatste anderhalve minuut veel goed maakt), Time runs out (aardig Genesis-intro) komt niet echt "los", en Returning the curse is wel mooi maar ook een beetje gewoontjes, en dan gaat het toegankelijke dat ik eerder noemde een beetje tégen de plaat werken – op zulke momenten zou het album wel wat gemenere muzikale bochten mogen maken. Zodoende is dit een mooie maar toch niet helemaal bevredigende plaat voor mij.
Leuk trouwens, die verwijzingen naar één van mijn favoriete horrorfilms, The night of the demon (of Curse of the demon) uit 1957, voor mij vooral evident in de teksten van What happened before en Returning the curse. (Dat is trouwens ook de film waaruit Kate Bush de kreet "It's in the trees – it's coming!" leende voor het titelnummer van Hounds of love.)