Ik beluisterde dit album voor het RYM top-250 review topic – anno augustus 2022 was dit RYM #239
In mijn hoofd was Steely Dan, ook weer zo’n naam die ik talloze keren voorbij zag komen maar nooit erg actief beluisterde, de artiesten naam van ene Daniel. Blijkt de band vernoemd te zijn naar een ‘revolutionary steam-powered dildo’. Opmerkelijk, en op basis van
Aja vermoedelijk ook meteen het meest rebelse dat dit gezelschap ooit gedaan heeft, want de muziek is zo salonfähig als het maar zijn kan.
Het is haast grappig hoe vlekkeloos deze plaat geproduceerd is. Nergens is ook maar het kleinste rauwe randje te bespeuren – we zijn hier getuige van pure smoothness en ‘vakmanschap’. Dat maakt de plaat ontzettend saai, maar tegelijkertijd ook wel lekker. Hoewel de opbouw bij vlagen best complex en uitdagend is en best wat uitwaaiert, zijn de instrumenten en productie heel erg luisteraar-gericht – de laatste drie minuten van het titelnummer zijn daar een mooi voorbeeld van. De saxofoon heeft de zoetsappigheid van
Knuffelrock 17 maar contrasteert mooi met het wat spannendere drumwerk, zeker richting het einde van de track. Het is de drummer is de die ontzettend ‘pleasing’ muziek nog van enkele verrassende wendingen voorziet, maar evengoed ontgaat me volledig waarom er een meterslange
wikipediapagina voor deze track geschreven is. De zanglijnen op een ‘Deacon Blues’ en de saxofoonsolo’s doen me afvragen of ik naar de aftitelingstune van een Amerikaanse soap zit te luisteren, en toch vind ik het wel lekker.
Op
Aja valt geen onvertogen woord - de plaat is uitdrukkelijk anti-rebels. Ik ken evengoed geen enkel album dat zo makkelijk beluisterbaar als deze muziek voor nette mensen. De hypergepolijste sound glijdt gewoon je oren in zonder dat je er erg in hebt. Steely Dan klinkt als een groep van studiomuzikanten voor wie muziek een 9-tot-5 baan was: de - gezien hun talenten - meest logische manier om in het levensonderhoud te voorzien. Dat gevoel sluit een hoge score voor mij direct uit, maar op een bepaalde manier kan ik het toch wel waarderen. Gecombineerd met de overgedetailleerde sound is de plaat daarmee tegelijkertijd overgeproduceerd en heel doordeweeks. Klinkt niet als een aanbeveling, maar het stoort dus me totaal niet. Denk dat ik deze op een lange autoreis naar Italië nog wel eens zal aanslingeren – maar dan wel om de reis mee af te trappen, want al met al is hij meer gemaakt voor de Nederlandse A2 dan voor de Autobahn.
3.25*