Mijn reis door proto-punk en -new wave gaat van
The Modern Lovers naar Ducks Deluxe.
Een pubrockgroep met muziek alsof ze in 1974 midden op een Londens muziekplein staan, waar van alle kanten invloeden komen aanrijden. Tegelijkertijd heeft het onmiskenbaar het eerlijke geluid van een getalenteerde groep die in een kleine zaal staat te spelen.
De plaat opent met hun eerste single (1973)
Coast to Coast. Het ronkende gitaargeluid doet niet alleen aan de debuutsingle van The Damned
New Rose (1976) denken, maar heeft ook weg van Status Quo ten tijde van
On the Level (1975): compromisloos luid.
Meer luide rock op
Don't Mind Rockin' Tonite. Ingetogener rock klinkt frequent, die met de melodieën en zang soms bij de keel pakt (
West Texas Trucking Board en
Daddy Put The Bomp) en waarin bovendien invloeden uit blues, pop, soul met blazers (
Falling for That Woman) of beat (het zelfgeschreven
Please Please Please) kunnen langskomen. Daarbij ook een aangename uptempo versie van
It's All over Now van de Rolling Stones. Een kruispunt van invloeden, in je smoel uitgevoerd door eersteklas muzikanten.
Helaas niet op mijn streaming te vinden, al staat daar iets hiervan op
Coast to Coast: The Anthology. Wél
op YouTube waar echter de trackvolgorde afwijkt.
Voor de opvolger werd de groep uitgebreid met een toetsenist (al op tv te zien in
Coast to Coast), maar als dit
Taxi to the Terminal Zone in 1975 flopt, stopt Ducks Deluxe.
Twee leden vormen
The Motors, dat in de zomer van '78 ook in Nederland een hit scoort met
Airport. Sean Tyla vormt The Tyla Gang, dat in Duitsland succes krijgt. Frontman Martin Belmont komt bij Graham Parker & The Rumour.
En zo wordt de groep in retrospect beroemder dan tijdens hun bestaan, vanaf 2007 resulterend in reünie-optredens én nieuw werk. Anno 2024 zet ik deze groep op mijn lijstje, die twee eerste albums wil ik wel op vinyl hebben.
Voor mijn muzikale reis vlieg ik terug naar de Verenigde Staten met meer wave- en punkwortels bij
New York Dolls.