Er zijn zo van die albums waarbij je niet heel goed weet waar je moet beginnen. Deze is er daar dus één van. Zoals meerderen hier heb ook ik dit album leren kennen via orbit. Daarna wat liggen rondsnuffelen op het web, wat samples gehoord, behoorlijk geïntrigeerd geraakt, en dan ook maar eens besteld. Dat was zo ongeveer een dikke twee jaar terug. Maar aangezien ik een verschrikkelijke tamzak ben, los ik nu pas mijn belofte in om hier ook eens m'n mening te komen neerpennen.
De heren van Gridlock weten behoorlijk mooi te schilderen met hun abstracte kleurtjes. Wat zeg ik, kleurtjes? Eigenlijk komen hier helemaal geen kleuren aan te pas, alleen maar zwart en wit. Wit van de ruis, zwart van de achtergrond. Essentieel gebruiken de heren twee zaken om hun nummers te scheppen: overstuurde drums, en signalen als sinussen, sawtooths, squares... die familie. Af en toe komt er ook wel eens een bewerkte stem bij kijken. En wat ze daar allemaal mee weten te doen, ja wadde! Hoedje af voor dit geluidstechnische wonder! Bovendien is dit album ook nog eens heerlijk gemastered (door één van de twee auteurs zelf), met overvloedig gebruik van tape-saturatie wat zorgt voor de verfijnde, knisperige laag glazuur op de taart. Dit album mag dan voortstuwen op oversturing, het geheel klinkt alles behalve taxerend op het gehoor. Mijn boxen krijgen dan ook spontaan een traan in hun membranen bij de eer van het mogen weergeven van zulkse prachtige, oprechte en verfijnde signalen.
Homogeniteit troef, verder. Niet alleen verdrinken alle nummers in dezelfde, vervreemdende, abstract geometrische (althans, zo ervaar ik het) sfeer, bovendien zorgt het feit dat het hele album mooi aan elkaar is gemixed er ook voor dat je werkelijk heel diep kan wegzakken in dit parallelle universum, en da's leuk, errug leuk. Als ik hier naar luister, dan krijg ik steeds het gevoel zwaartekrachtloos rond te zweven in een gitzwarte ruimte, en met elke beat, drumslag, pad, en andere klanken zie ik allerlei abstracte witte vormen verschijnen en verdwijnen. De titel "Formless" hadden ze dan ook niet beter kunnen kiezen wat mij betreft. En alhoewel er dan stevig wat breakcore elementen in verwerkt zitten, is dit in het geheel genomen een bijzonder relaxte plaat, en zowaar, best wel melodieus ook. De overstuurde drums staan duidelijk op de voorgrond, maar achter de drums zweven vaak heel mooie, subtiele, kleine, intieme melodieën rond, onopvallend maar toch aanwezig, als plankton in de zee. En je kunt ze zo waanzinnig lang, volstrekt verbaasd door zoveel pracht, nagapen... Weet je hoe je soms gepassioneerd de vlucht van een vlieg kunt volgen? Zo dus. (Of ben ik de enige die soms gepassioneerd naar vliegen zit te gapen?)
Maar bij dit alles stopt de leut echter niet. Niet alleen heeft dit gezelschap een bijzonder talent om heerlijk verfijnde, subtiel knarsende, boeiende, rijke klanktapijten te weven, die ze dan ook nog eens weten te verwerken en samen te smeden tot één groot meesterwerk, neen hoor, bovendien hebben ze ook nog eens de gave om langzaam en subtiel de dosis adrenaline op te drijven, om je dan op exact het juiste moment een stevig shotje Climax%u2122 toe te dienen. En dat kunstje voeren ze dan een paar keer op verspreid over het hele album, met als absolute kers die waanzinnige climax in track 14, waar zowat het hele album naartoe wordt gebouwd, en die je genadeloos ettelijke seconden geparalyseerd en met een lijntje kwijl uit je bek achterlaat. Gelukkig heb je dan nog track 15, die zowat de functie van muzikale staart vervult, om rustig terug je zintuigen te herontdekken. Werkelijk waar, dat is een verdomd stevig staaltje meesterschap dat ze daar tentoon stellen, en op zich al reden genoeg om dit album aan te schaffen. Een "muzikaal orgasme" noemen ze zoiets.
Wat ik dan weer niet kan begrijpen, is hoe het werk van zulks een talentvolle perfectionisten, die voorts alles tot in de kleinste puntjes afregelen, kan eindigen met een klik! "Suici, man, waar lig je nu toch weer over te muggenziften?" Over die lelijke, vuile, vieze, besmeurende klik/plop, te horen op 09:45 in track 15, op het einde van het album. Daar kan ik het dus van op mijn heupen krijgen, hé. Lig je daar lekker te trippen in het donker met je koptelefoon op, komt het einde van de plaat in zicht, wil je rustig op je gemakje genieten van de "afterglow" en zachtjes ontwaken uit je droom, en patat, "KLIK", krijg je het analoog van een emmer koud water tegen je trommelvliezen gesmeten. Bijzonder spijtig, en toch ook wel een klein beetje een demper op de pret. Nu ook weer niet van dien aard dat de rest van het album er onder lijdt, maar komaan, zeg nu zelf... dat is toch niet te snappen, zoiets. Al zal dat ongetwijfeld te verklaren zijn vanuit een "als je te lang ergens op staart verlies je je focus" perspectief. Ach wat, errare humanum est, ik vergeef het ze maar al te graag, rekening houdend met het huzarenstukje dat ze alle voorgaande minuten opvoeren. Laten we het dan ook maar een bijzonder lelijke schoonheidsfout noemen.
Moraal van het verhaal: kopen die handel, met de ogen toe. En beluisteren van 't zelde: met de ogen toe.