In 1991 was ik 14 jaar en kwam ik voor het eerst bewust in aanraking met Genesis, door hun We Can't Dance. Ik hoorde No Son Of Mine, en vond dat direct een heel spannend nummer, aangrijpend verhaal in de tekst ook. Dus kocht ik de singel op cassette, met als B-kantje Living Forever. Jeetje, die was ook gaaf, zeker de instrumentele tweede helft!
Het nummer I Can't Dance vond ik daarna superleuk, leuke clip, ik kon wel erg lachen om de clown Phil Collins. Dus ja, ik werd fan! Ik leende de CD bij de bibliotheek en zette hem op een bandje. Kapot geluisterd.
De volgende plaat was Invisible Touch, omdat die er historisch gezien het dichtste bij lag. Ook die kon me erg bekoren, maar omdat toen de grunge erg opkwam verdween mijn interesse voor de band naar de achtergrond.
Jaren later, toen ik inmiddels bands als Fates Warning en Dream Theater had ontdekt, kwam een collega van me met Nursery Crime aanzetten, die ik van hem echt wel moest luisteren. Met enige terughoudendheid naam ik hem mee (de CD, niet de collega) naar huis en legde hem in de speler. Musical Box begon: wat was DIT?? Dit was geen Phil Collins, en wat had de muziek een sfeer en dynamiek! Wauw, ik ontdekte waar de door mij zo bewonderde bands als DT de mosterd deels vandaan haalden; dit was een compleet andere sound dan de Genesis van Invisible Touch en We Can't Dance! Ik was compleet verkocht.
Toch duurde het nog jaren voordat ik de rest van de catalogus van de jaren 70 exploreerde. Inmiddels is Genesis onbetwist 'mijn bandje' geworden. Maar deze Nursery Crime staat voor mijn gevoel aan het begin van de daaropvolgende muzikale reis en mijn passie voor hun muziek.