2011. Ik sta in zwart keukengerei af te wassen in de keuken van een lokale brasserie. 3FM beheerst de radio, zo een waar je in groep 8 de blits mee had kunnen maken. Ik luisterde al weken niet meer naar die radio, aangezien Katy Perry al weken zat te jodelen over meisjes uit Californië of zoiets dergelijks. Tot ik op een gegeven moment een piano hoor. Een soulvolle stem, waar ik ter plekke verliefd op werd. Ik wilde die man zijn die achter een gammele, donkerbruine piano zat te mijmeren. Het kan zelfs zijn dat ik een bord of twee heb gemold bij het eerste gehoor van James Blake's poort naar succes dat Limit To Your Love heet. Ik was onder de indruk en gelukkig was Michiel Veenstra schappelijk genoeg om ook eens daadwerkelijk de titel van het nummer en de naam van de artiest te noemen. Eenmaal veel te laat thuis gekomen heb ik Limit To Your Love nog een paar keer gedraaid voordat ik vredig in slaap viel.
Ik bleek ik even te moeten wennen aan de overvloed aan elektronica in Blake's debuut, maar uiteindelijk wist hij me te grijpen met zijn vakmanschap op het gebied van productie en zijn gevoel voor schoonheid. Limit To Your Love werd uiteindelijk mijn minst favoriete track van het debuut. De rest van het album - voornamelijk dat geluid van die synthesizer, dat is nog steeds genieten telkens als het invalt - had me compleet overspoeld, in haar greep, als een warm bed in de ochtend, en de synths waren mijn dekens.
Dat was toen. Het had twee weken geleden kunnen zijn, maar het was twee jaar. Toen ik een tijd terug hoorde dat James Blake in 2013 zijn tweede langspeler uit zou brengen was ik benieuwd, zelfs opgewonden, als een kind in afwachting naar Sinterklaas. Een tijdje later mocht ik Retrograde horen, de eerste single en het eerste voorproefje. En die viel tegen. Eigenlijk was in één klap mijn hoop op een terugkeer van de Blake waar ik zo van hield van de aardbodem verdwenen. Ik hield mezelf telkens voor dat het nog wel goed zou komen, dat hij nog wel betere nummers in zijn tweede langspeler zou droppen. Digital Lion en Voyeur kwamen als volgende om de hoek kijken en ik was al van plan om mijn huidige liefde voor James Blake te begraven in de achtertuin, weliswaar met ceremonie en alles.
Maar niet veel later daarna was "Overgrown" al te beluisteren op Spotify. En ik was alweer opgewonden, inderdaad dezelfde opwinding als een kind in afwachting van Sinterklaas, en nu ik erover schrijf stroomt datzelfde enthousiasme weer als adrenaline door mijn aders. Ik zette het titelnummer op en begon bewust te luisteren.
De onderhuidse spanning waar men het zo vaak over heeft bij de muziek van James Blake... Hij was direct terug. Een prachtige zangmelodie met een kale beat op de achtergrond, nauwelijks tonen. Geluiden hier en daar. Lopen door een verlaten stad. Alles gebeurt, maar het gebeurt ver bij je vandaan. Tot spanning van de 'strijkers', langzaam oplopend tot een openbaring, als een licht waar je naartoe loopt dat steeds feller wordt. Dat licht maakt Overgrown zo'n prachtig openingsnummer. Het doek valt, het luik naar de wereld van de tweede LP van James Blake is geopend.
I Am Sold, een typerende, schone zangmelodie, gegoochel met productie, effecten op van alles en nog wat - wat precies weet niemand: we speculate what we feel. Dan valt Blake in een soort spiraal van grime. Mijn angst voor de val van James Blake wordt groter. 'Dat had je niet moeten doen', denkt mijn hoofd, maar ik merk dat ik gewoon blijf genieten van de afstandelijke beats en de zang die zo mooi contrasterend uitsteekt, je geruststellend en dreigend tegelijkertijd in je oor fluistert.
Derde track Life Round Here is niet subtiel, zoals we van Blake gewend zijn en het gevoel 'dat had je nu echt niet moeten doen'/'maar het is zo lekker' blijft spelen. De beat doet me denken aan 'Unluck', met die wazige triolen en de zanglijn is haast perfect. Everything feels like touchdown on a rainy day.
Het valt me op dat Blake anders bezig is dan op zijn debuut, vooral op het gebied van kleur. Die kleur ontbreekt namelijk nogal op "Overgrown" en al helemaal op de bekritiseerde track met RZA, Take A Fall For Me. Maar mensen, wat is het een parel. RZA, in een kamertje, een klaagzang over verloren liefde. Wanhopig: I need you, like I need satisfaction, don't carry him to paradise en what will become of me if I can't show my love to thee? terwijl Blake met beats, vocal samples en effecten schildert als de kunstenaar die hij is.
Dan valt hij in. Retrograde. De angst, de val van de oude Blake. Maar juist uit deze track merk je dat de oude Blake niet weg is. Het geneurie is nieuw, maar de inval van de synths die nog enigszins lijken op het gelukzalige geluid van het debuut zorgen voor een vertrouwd gevoel en wederom een openbaring: de hemel breekt open. En het is prachtig. Suddenly I'm hit.
DLM wordt de 'filler' genoemd en is een kort, soulvol liedje. Een beetje meerstemmigheid komt weer eens om de hoek kijken en dat voelt goed. Het is een kaal, jammerend nummer, een beetje à la 'Enough Thunder' of 'Give Me My Month'. Het mag dan wel een filler zijn, maar zo'n fillers mogen er wel vaker zijn wat mij betreft. Een soort rustmoment, een zucht en een ademhaling, zo zuiver als wat.
Dan de andere twee voorproefjes: Digital Lion en Voyeur. Tja. Ik heb die eerste altijd wel prima gevonden en ook nu is dat niet heel anders. 'Prima', als een pasta in een restaurant: het is wel lekker, maar je had net zo goed thuis kunnen blijven eten. Voyeur, echter, is een vreemde eend in de bijt. Het is haast techno. Het kwartje kan in de context wat mij betreft niet vallen. Vandaar dat er met andere oren naar geluisterd moet worden, dan is hij nog te behappen. Maar dat wil je juist niet bij een album, dus is Voyeur voor mij de eerste daadwerkelijk rotte plek op de appel. Ook is hij op zich niet vreselijk, hij is prima voor een avondje op de dansvloer of iets dergelijks, maar niet op "Overgrown".
Gelukkig is niet alles verloren. Eerst een synth, die klinkt alsof er een vrolijke Surinamer elk moment van achter elke willekeurige palmboom vandaan kan springen om de rumba met je te doen. Opvallend. Maar dan, weer zo'n typerende zangmelodie. To The Last, een hoogtepunt voor mij. Subtiel schetst Blake het beeld van een eenzame strandwandeling, jij en ik zijn voorbij. Langzaam, tegen het eind van het nummer laat hij golven op het strand neerslaan, meeuwen krassen, terwijl je melancholisch in gedachten verzonken bent. Het is genieten van de eenzaamheid, die zo puur is.
We zijn al bij het eind. Our Love Comes Back is een prachtig, rustige pianoballad met een positief bericht. Je bent weg, maar wij zijn niet verloren. Zo laat Blake zijn tweede plaat in rust uitlopen. In rust, maar in pracht.
Ja, het tweede album van Blake was even schrikken, voordat het uitkwam, maar man, wat heb ik lopen genieten. 40 minuten lang, telkens weer. Zelfs Voyeur kan me niet deren, het is goed zo. Het is mooi en het is duister. Het is Blake die zijn kunsten vertoond, met geweldig vakmanschap. Blake is een professional en blijft bewijzen dat hij het kan. Nee, ik lig niet in een warm bed van "Overgrown", daarom is hij ook iets minder dan het debuut. Maar ik loop eenzaam over het strand, genietend van kale melancholie en verrassingen hier en daar. Want er gebeurt zoveel, dat móet wel blijven verrassen.
4,5*