In mei 1983 deed ik eindexamen. Halverwege die maand verscheen
Piece of Mind en mijn muziekmaatje van school zou ‘m gaan kopen. Hij nodigde mij kort na de examens uit voor een donderdag om de plaat bij hem thuis te komen beluisteren. Dan waren zijn ouders een avondje weg en konden we het album in de huiskamer beluisteren op de grote installatie.
Beiden hadden we een zomervakantiebaantje genomen om voor een grote installatie te sparen. Hiervoor hadden we catalogi van diverse merken op de kop getikt mét prijslijsten. Ik schatte circa f 2000,- nodig te hebben voor een platenspeler, cassettedeck, radio/versterker en losse audioboxen. Speciaal hiervoor waren we op een vrijdagavond naar de plaatselijke electronicazaak getogen, waar we diverse speakers zouden testen.
Dankzij een tip uit de Consumentengids had mijn maat hiervoor
The Number of the Beast meegenomen, omdat je immers van bekende muziek weet hoe die dient te klinken. Luid klonk de plaat door de winkel, wat de eigenaar prima vond. 'Echt gaaf’ vonden we dat, onze muziek in de winkel! Ik geloof dat hij ook nog een AC/DC met Bon Scott bij zich had, die vervolgens werd gedraaid. In een dorp als het onze leverde dit de winkel goede mond-tot-mondreclame op, twee tienerjongens die een half uurtje luid allerlei boxen uitprobeerden. We kwamen uit op het hetzelfde paar, een Philips.
Die luisterervaring was inmiddels achter de rug, net als de eindexamens. Overdag werken, in afwachting van het verlossende zak/slaagtelefoontje van de mentor en ondertussen genieten van enkele schoolloze maanden. Met nu: de nieuwe Maiden!
De avond was zomers en aangenaam warm. Fluitend moet ik op de fiets zijn gestapt voor een tochtje van hooguit vier minuten. In zijn huiskamer volgde een biertje, waarna de klaphoes (een primeur voor deze band, een prachtige bovendien!) in mijn handen werd gedrukt en de versterker van zijn ouders op hoog volume werd gedraaid.
Het vertrek uit Iron Maiden van drummer Clive Burr, het jaar ervoor, had ons verbaasd. Hoe kon je zo’n goede drummer laten gaan? Bij de knallende drumrolls in het intro van
Where Eagles Dare keek ik mijn maatje aan, goedkeurend knikkend. Het was alsof de groep hiermee aan de fans wilde laten weten een meer dan adequate vervanger te hebben gevonden.
Hij heette Nicko McBrain, maar we namen aan dat hij eigenlijk McBrian heette en dat zijn achternaam op de hoes een knipoog was naar zowel albumtitel
Piece of Mind als de hersenen op de hoes. Dat vonden we toch grappig!
McBrain bleek inderdaad van wanten te weten. Van zijn vorige band, de Franstalige groep Trust, waren we nooit onder de indruk geweest als hun muziek op de radio in Stampij klonk, maar op de albumopener bewees hij meteen zijn kunnen.
Het bleek alweer een fantastisch Maidenalbum te zijn. In combinatie met de fraaie hoes maakt deze nog altijd meer indruk op mij dan de voorganger, wat 'm zit in de sterke muziek.
De A-zijde muntte niet uit in hoge snelheden; pas op het laatste nummer wordt het gaspedaal even goed ingetrapt. Maar ieder nummer was briljant. De genoemde opener bevat inventieve breaks en een geweldige groove met spetterend gitaarwerk. Het verhaal van
Flight of Icarus kende ik van Kansas’
Icarus - Borne on Wings of Steel (1975). Dit leek bijna het vervolg op die klassieker, supersterk bovendien.
Het snelle
Die with your Boots on kwam voor als een sneer naar degenen die de band als satansaanbidders zagen:
“Another prophet of disaster, who says the ship is lost”. Het refrein was verrassend: een achtergrondkoortje? Opmerkelijk voor deze band, maar het werkte wel, oordeelden wij bij een volgend pilsje.
Op de B-zijde leek het gemiddelde tempo iets hoger. Opnieuw spatten inspiratie en variatie ervan af.
The Trooper bevonden we een instant-klassieker met een riff zoals alleen Maiden die kon maken, duidelijk geschreven op de basgitaar van Steve Harris.
Still of Life begon met een omkeertekst, in die dagen bij voorbaat controversieel. Pas vandaag kom ik erachter
wie en wat hier klinkt. Een grapje, uiteraard. Net als op de voorganger werd geëindigd met een epische song, deze keer
To Tame a Land, één van de hoogtepunten in hun carrière.
Wat mij niet was bijgebleven, maar waar
vielip mij gisteren op wees, is de bijbeltekst die linksonder
op de achterzijde staat. Althans, bijna-bijbeltekst, want in plaats van ‘brain’ staat in de oorspronkelijke tekst ‘pain’. Alweer een geintje, wat door de fanatieke tegenstanders van de band met hun complottheorieën (toen al!) over satanskerk en heavy metal niet zal zijn gewaardeerd.
Ja, dit is een fantastisch album oordeelden we, waarna de naald terugkeerde naar de A-zijde. Na afloop van de draaibeurten hebben we nog een biertje gedaan en op tv de foute humor van Benny Hill gekeken, van het soort dat we toen erg leuk vonden. Het was bijna donker toen ik vrolijk en lichtelijk aangeschoten huiswaarts ging, onder de indruk van
Piece of Mind.
De vriend is niet meer onder ons, herinneringen als deze doen mij weer beseffen hoe bijzonder hij was. Die troostvolle bijbeltekst op de hoes blijkt opeens passend te zijn bij mijn herinneringen aan hem.