De vraag naar namen kwam er natuurlijk nadat je zelf had verwezen naar klassiek (neoromantiek, barok).
Maar goed, verder zonder plaagstootjes. Je schrijft vervolgens:
Als ik gedragen neoromantische muziek wil horen, zet ik iets op van bijvoorbeeld Anton Bruckner, César Franck, Albéric Magnard of de Finse componist Jean Sibelius.
Daar noem je componisten uit de 19de eeuw. Fordlândia gaat over een mislukt project van Henri Ford. Het situeert zich in de eerste helft van de 20ste eeuw als de industrialisatie vol in opmars is. Je hoort zeker wel neoromantische echo's, maar ook minimalisme en electronische geluiden.
Zo schept Jóhannsson een nostalgische sfeer die weemoedig teruggrijpt op het verleden. Maar dit is vermengt met het afstandelijke en herhalende van de mechanisatie begin vorige eeuw.
Het is natuurlijk onmogelijk zoiets te vinden in de muziek van componisten uit de 19de eeuw. Hun neoromantische gevoelens passen niet in deze muziek en hun melodieën ook niet. Je lijkt dus een soort van diepgang in Fordlândia te willen die er niet in thuishoort. Deze muziek draagt een andere emotie uit. Of die nu minder diepgaand is of verklankt wordt laat ik buiten beschouwing.
Kortom, je vergelijking loopt volgens mij al te mank.