Ten tijde van de release vergeleek Rolling Stone-recensent Langdon Winner het titelnummer met "Mrs Miller moaning and wheezing her way through
I'm a lonesome little petunia in an onion patch... I can't listen to it at all." Benieuwd wat hij er van zou vinden dat
After the gold rush (het album als geheel) een halve eeuw later nog altijd wordt gezien als één van de hoogtepunten in Neil Youngs oeuvre (en, durf ik wel te stellen, in de popmuziek in het algemeen).
Over de beste nummers kan ik weinig slechts zeggen, met aan de ene kant kwetsbare nummers als
Only love can break your heart en
Birds en aan de andere kant ruige nummers als
Southern man en
When you dance I can really love, schijnbaar onverenigbare grootheden die elkaar door Youngs unieke stem en de glasheldere produktie op de een of andere manier toch niet bijten. Bovendien is de sound sowieso om van te smullen, met Youngs gitaarwerk, de ondersteunende piano en de harmony-vocals precies in balans – geen wonder dat Young zo graag met David Briggs bleef werken. (Bizar trouwens dat ik
Southern man eerder kende als single van, hou je vast, de Dave Clark Five.)
Daar staat tegenover dat de hardere en de zachtere nummers dan wel een mooi geheel vormen, maar dat het album door een aantal mindere momenten bij mij geen evenwichtige indruk achterlaat: de twee korte stukjes die de vinylkanten afsluiten zijn onbenullig,
I believe in you gaat nèt over het melodramatische randje met dat "'Cause I believe you, oh oh, oh oh, oh oh", en van
Oh lonesome me heb ik echt jarenlang gedacht dat het een parodie was, met dat klaaglijke driekwarts-ritme en die emotionele stem die de plaats innemen van het oorspronkelijke up-tempo-ritme dat een mooi tegenwicht bood voor de tekst vol zelfmedelijden. (En ik kan er trouwens ook niet tegen wanneer een solo gewoon de zangmelodie volgt, zoals op het titelnummer [en op bijvoorbeeld
Alone again (naturally)], maar daar zal ik verder niet over zeuren.)
Als je die nummers weglaat hou je opeens een plaat van zo'n 25 minuten over, en het wonderlijke is dat
After the gold rush dan nog steeds een indrukwekkende plaat is, dankzij Youngs sterke persoonlijkheid en zijn vermogen op sterke melodieën en introspectieve dan wel boze teksten te combineren op een wijze zoals maar weinigen dat konden of kunnen. En de tekst van het titelnummer is natuurlijk een verhaal apart waar iedereen zijn eigen betekenis in kan lezen, maar de regel "Look at Mother Nature on the run in the 1970's" is in de halve eeuw sindsdien niet minder relevant geworden.
Lynyrd Skynyrd: "I hope Neil Young will remember / Southern man don't need him around anyhow." Neil Young: "I'd rather play
Sweet home Alabama than
Southern man any time. I first heard it and really liked the way they played their guitars. Then I heard my own name in it and thought, 'Now
this is pretty great!' "
