Het solodebuut van Jack White, het moest er ooit toch ‘ns van komen. Na 6 platen liet hij vorig jaar weten dat The White Stripes het voor bekeken hielden. Met zijn nevenprojecten The Raconteurs en The Dead Weather heeft hij elk twee platen ingeblikt, en nu is er dus ‘Blunderbuss’, voor het eerst helemaal onder zijn eigen naam. ‘Blunderbuss’ is geen absolute topplaat, maar vooral een mooie synthese van White’s carrière tot nu toe, op muzikaal vlak. Er zitten dingen in die doen denken aan The White Stripes, kalmere dingen doen denken aan The Raconteurs, en ook een vleugje Dead Weather kan men bespeuren. Tot zover de namedropping.
Het meest markante dat mij opvalt, zijn de teksten. Die handelen vaak over wrede, nietsontziende vrouwen, de duivelse verlokkingen van de liefde, en de bodemloze putten die zij voor je delft. Het zou met zijn scheiding te maken kunnen hebben, maar dan is het toch o zo ironisch dat zijn ex-vrouw, Karen Elson, op enkele van de nummers op deze plaat doodleuk meezingt in de achtergrond. Maar dat zou ook o zo typisch Jack White zijn.
In totaal staan er 13 nummers op deze plaat, waarvan 1 niet door White zelf geschreven. ‘I’m Shakin’’ werd geschreven door Rudolph Toombs, een Afro-Amerikaanse singer-songwriter die stierf in 1962. Ik vind het meteen het energiekste en coolste nummer van de plaat, White heeft er echt een geweldig, zinderend spektakel van gemaakt. Mooie achtergrondzang ook van Ruby Amanfu, Karen Elson en Laura Matula. Vooral Amanfu valt op in positieve zin; zij zingt ook mee op ‘Love Interruption’, de eerste single van het album. Een knap nummer, vrij rustig en toch redelijk spannend, en met een meedogenloze tekst: “I want love to murder my own mother; take her off to somewhere like hell or up above”. Nou!
Andere hoogvliegers op de plaat zijn het met voortreffelijk gitaarwerk voorziene, spetterende ‘Sixteen Saltines’, ‘Hypocritical Kiss’, opgesmukt met sterk pianospel van Brooke Waggoner, en het lekker catchy ‘Hip (Eponymous) Poor Boy’. Die “hip eponymous” is trouwens een verbastering van hippopotamus, heb ik gelezen in een interview.
De muziek die White ons presenteert, kan men niet onder één noemer plaatsen; daar is het simpelweg te veelzijdig voor. Kalme stukken waarin de piano de boventoon voert, worden afgewisseld met stomende gitaarexplosies. Blues wordt vermengd met soul, een vleugje folk hier en daar. Nu eens levendig klinkend, dan weer uitgeblust. White ziet er niet bepaald vrolijk uit op de albumhoes, en de grauwe kleuren en half verdoken pikzwarte vogel wijzen ook niet bepaald in de richting van de zevende hemel. Toch weet je het nooit met deze artiest, een zeer eigenzinnig man, die weet wat hij wil. Hij heeft toch maar mooi een eigen label uit de grond gestampt, dat nu heel goed draait.
Het is niet al kommer en kwel in de teksten, maar toch vooral kommer. En kwel. Juist ja. Het gaat er vooral om dat de vrouw de spin is, en de man de hulpeloos in haar web verstrikt geraakte vlieg. Enkele fragmenten:
“Cut off the bottoms of my feet;
Made me walk on salt;
Take me down to the police;
Charge me with assault;
Smile on her face;
She does what she wants to me.” (‘Freedom at 21’)
“You broke your tongue talking trash;
And now you’re trying to bring your garbage to me.” (‘Trash Tongue Talker’)
“You can’t defeat her, when you meet her.” (‘Sixteen Saltines’)
Het waarom van deze plaat, daar hebben wij allen het raden naar. Toch vermoed ik dat White heel wat van zich af heeft geschreven, en een nieuw hoofdstuk kan beginnen in zijn carrière. ‘Blunderbuss’ is in ieder geval een knappe aanzet.
3,5 sterren