Na de eerste luisterbeurt had ik zo mijn twijfels. Ik vond het debuutalbum van Keane, Hopes and Fears, veel sterker. Dat album wist immers meteen te beklijven. Nu, enkele luisterbeurten later, geniet Hopes and Fears nog altijd de voorkeur, maar het verschil in waardering is aanzienlijk kleiner geworden.
Under the Iron Sea heeft met name een andere toon waar ik even aan moest wennen. Naast het feit dat het bij vlagen elektronischer klinkt, blijkt dit album zwaardere thema's (waaronder oorlog, negatieve kritiek van de pers en vriendschap die op de proef wordt gesteld) aan te snijden, waardoor het bij vlagen wat minder opzwepend klinkt. Niet dat Hopes and Fears alleen maar een blije boel is natuurlijk, maar ik proef op dit tweede album wel wat meer ongenoegen in de songteksten.
Het album bevat popnummers die qua refreinen net zo goed zijn als de singles van het vorige album. Is It Any Wonder? (waarbij ik Achtung Baby flashbacks krijg), A Bad Dream en Crystal Ball zijn daar goede voorbeelden van. Ook Nothing in My Way, Leaving So Soon? en Put It Behind doen het goed. Een van mijn favoriete nummers is echter The Frog Prince. Dat is naar mijn mening een prachtige afsluiter, die zowel muzikaal als tekstueel goed in elkaar steekt. En wat valt de prachtige zang van Tom Chaplin daar op! Nummers als Atlantic, Hamburg Song en Broken Toy zal ik niet gauw afzonderlijk draaien, maar ze zijn niet slecht en binnen dit album hebben ze absoluut hun plaats.
Erg fijne plaat dus weer van deze mannen. Klaarblijkelijk een groeialbum, want ik vind het per luisterbeurt mooier worden. Het zou dus zomaar kunnen dat ik mijn score in de toekomst nog zal moeten aanpassen.
Voor nu alvast 4*