Marco van Lochem schreef:
Het laatste album van de klassieke Marillion bezetting was "CLUTCHING AT STRAWS". Sinds "FUGAZI" in 1984 bestond de Engelse progressieve rock band uit gitarist Steve Rothery, bassist Pete Trewavas, toetsenist Mark Kelly, drummer Ian Mosley en zanger Fish. Deze laatste vertrok na dit album en werd vervangen door Steve Hogarth, en met hem en de eerst genoemde vier bandleden is dit nog steeds de bezetting van Marillion.
Met "SCRIPT FOR A JESTER'S TEAR" brak de band in 1983 door bij een select, maar wel hondstrouw publiek. Door de die-hard fans werden teksten ontleed en volgden ze de band waar die ook maar naar toe ging. Het grote publiek werd bereikt met het derde album, het in Berlijn opgenomen "MISPLACED CHILDHOOD", waarvan in Nederland de single "KAYLEIGH" de eerste Top 40 hit werd. De onderlinge spanningen groeiden naarmate de band succesvoller werd. Er kwam meer druk op de heren om te presenteren en naar verluidt had dit een negatief effect op de gezondheid van de Schotse frontman. Onder die druk lukte het de groep toch om met een briljante opvolger op de proppen te komen. Misschien zagen ze het einde van deze bezetting aan komen, want de titel vertaal ik als het, ondanks alle verwachtingen, toch proberen vast te houden aan het bekende. Aan strohalmen vastklampen, "CLUTCHING AT STRAWS", en dat is absoluut gelukt...en gelukkig maar. Het album verscheen op 22 juni 1987 en werd geproduceerd door Chris Kimsey, bekend van zijn werk met de Rolling Stones. De cd-versie verschilt van de vinylversie en ik ga hier uit van die eerste.
Elf tracks en ruim 52 minuten muziek gestoken in een hoes van Mark Wilkinson, de Engelse illustrator. En die hoes is iconisch…en prachtig. Dat is het album ook en dat begint al met de opener “HOTEL HOBBIES”, een rustig intro, het bekende gitaargeluid van Rothery en de opbouw naar de eerste meer weergaloze gitaarsolo’s van diezelfde Rothery, die na anderhalve minuut begint. Het nummer is pakkend, heeft een heerlijk tempo en zet de toon voor de rest van het album. “WARM WET CIRCLES” is een nummer dat een hit had kunnen worden, toegankelijk, heerlijk gitaarwerk en een mooie melodielijn. Fish zingt zoals alleen hij dat kan, bijtend, lief, hard, zacht, wat een topper. “THAT TIME OF THE NIGHT (the short straw)” is het op één na langste nummer van “CLUTCHING AT STAWS”. Een rustig intro, pompende bas, weer dat fenomenale gitaarspel en een melodielijn die ergens naar toe werkt. Marillion zoals je het mag verwachten. Als die melodie verandert, het tempo iets anders wordt krijg je een geweldig nummer voorgeschoteld. De tempowisselingen zijn prachtig en de titel van het album komt meerdere malen voorbij, al is het wel iets anders, “Clutching The Short Straw”. Ook de titel van het tweede nummer, “WARM WET CIRCLES” komt terug in dit nummer. Zangeres Tessa Niles, die met talloze artiesten gewerkt heeft, heeft een prachtig aandeel in dit geweldige nummer.
“GOING UNDER” is kort, blijft rustig en ook hier is de stem van Fish leidend. “JUST FOR THE RERORD” vind ik een geweldig nummer. Pakkend ritme, geweldige toetsensolo en een heerlijke melodie. Het langste nummer van het album is “WHITE RUSSIAN” en ook in dit nummer is het bijtende karakter aanwezig. Er moet, voor mijn gevoel, veel gif en ontevredenheid verwerkt worden op het album en dat gebeurt op een prachtige, intense wijze. Dit nummer kent tempowisselingen, een emotionele en overstuurde gitaarsolo en het drum en baswerk van respectievelijk Mosley en Trewavas geeft het nummer de juiste basis mee.
“INCOMMUNICADO” was een Top 40 hit in 1987, zij het een kleine. Pakkende rocker, stevig gitaarwerk, mooi toetsenspel en een heerlijke melodie. Het van Marillion bekende gitaarspel opent “TORCH SONG”. Rothery vond zijn stijl, wat mij betreft, pas echt op het voorgaande album, “MISPLACED CHILDHOOD” en heeft zich die helemaal eigen gemaakt. Het is op alle albums sindsdien van Marillion te vinden en geeft de nummers een herkenbaarheid. “TORCH SONG” is een rustiger nummer, komt nooit echt helemaal los en is daarom, wat mij betreft, één van de mindere tracks van dit schijfje. Het is wel de inleiding tot één van de toppers van het “CLUTCHING AT STRAWS”, het geweldige “SLAINTE MHATH”, oftewel “goede gezondheid” in Schots-Gaelisch. Heerlijke intro, een fantastische melodielijn, gitaarspel van wereldklasse en Fish in absolute topvorm. Hierna volgt het absolute hoogtepunt en één van de vele klassiekers in het oeuvre van Marillion, “SUGAR MICE”. Alleen het intro is al goud waard, gitaar en zang in een hoofdrol en de vaak terugkomende zin “Blame It On Me, You Can Blame It On Me” is pijnlijk, als je bedenkt hoe het hierna vergaan is met Marillion en Fish. De gitaarsolo van Rothery behoort bij de mooiste en meest emotionele die hij gespeeld heeft, kippenvel! De opbouw van rustig naar een steviger deel en dan weer terug naar het geluid van het begin van het nummer, maakt het geheel af. Slotakkoord is “THE LAST STRAW/HAPPY ENDING”. Pakkend tempo, albumtitel die vaak terug komt en de tempowisselingen zijn ook weer goed geplaatst.
Voor mij staat dit album op hetzelfde niveau als zijn voorganger, al is het wel een ander album. Er zit veel meer agressie in de nummers, maar ook meer somberheid. Het afscheid van de leadzanger zou niet lang op zich laten wachten en na een optreden in juli 1988 verliet hij definitief Marillion. Het live-album “THE THIEVING MAGPIE (la gazza ladra)”, dat eind 1988 uitkwam, is een prachtig document met een band in topvorm en is derhalve een mooi afscheid van de man die de band mede zijn gezicht en stem gaf. Steve Hogarth volgde hem op en Fish ging solo. Beiden met enkele fantastische albums, vele live optredens en een ongelofelijk trouw publiek. Zoals het toen, in de jaren tachtig, was zal het nooit meer worden en daar moet je je ook niet aan vasthouden, dat is als het ware “CLUTCHING AT STRAWS”!
Mooi stuk Marco. Dit is een van mn favo albums aller tijden en ook een van mn toppers van Marillion. Juist dat stukje agressie waar je het over hebt raakt me bij dit album. Zoveel dynamiek ook in de nummers en Fish is in topvorm.