In het kader van het
Tip 250-topic
Het genre Singer-Songwriter waar deze Jason Molina alias Songs: Ohia onder valt associeer ik zelf toch bijna altijd met trieste muziek. Muziek die van alle poespas is ontdaan om zo puur mogelijk over te komen. Het genre werd wat mij betreft groot gemaakt door jaren '60-grootheden als Bob Dylan, Leonard Cohen, Nick Drake en Townes van Zandt. Wat vooral de laatste drie gemeen hebben, is dat ze mijn kijk op singer-songwriter-muziek als trieste muziek bevestigen. En anno de jaren 2000 heeft het genre niet veel aan kracht ingeboet en is daarmee een genre van alle tijden. Songs: Ohia vormt samen met Bonnie Prince Billie mijn favoriete songwriters van de milleniumwisseling. En beiden hebben grote gelijkenissen. Bij beiden focust de instrumentatie niet op gitaargetokkel, maar vooral op de donkere en lange klanken van de basgitaar.
Songs: Ohia beeldt met zijn instrumentatie en teksten de minder leuke kanten van het leven uit.
The Black Crow bezit meteen de hemels mooie donkere klanken en is gelijk het prijsnummer van het album. Het is een zeer meeslepende compositie. Jason Molina zingt over zwarte raven en zwarte katten maar vooral ook over een diepe depressie. Waar hij in het begin van het nummer nog over het licht zingt wordt je in het tweede stuk dieper en dieper in een zwart gat meegesleurd. The Black Crow is meteen ontzettend intens en ligt dan ook zwaar op de maag.
Tigress begint wat minder beklemmend en heeft een bijzonder inventief gitaarloopje. Ik krijg bij Songs: Ohia's nummers en vooral bij dit nummer de neiging om air guitar te spelen. Hetgeen ik normaal enkel doe bij hardrockbands of Modest Mouse. Tekstueel en ook qua muziek klinkt het allemaal wat luchtiger als het eerste nummer, niet dat het meteen vrolijk is, want een tekst over een schijnbaar slechte relatie is natuurlijk ook nog lang geen pretje.
Nervous Bride schaar ik onder het zelfde soort nummer als het vorige. Een lekker vlot nummer en het bevat zowaar een van de mooiste zinnen van het album. 'And It's Vaguely Goodbye' wordt meermaals gezongen. Een schitterend stukje vind ik dat. Misschien associeer ik dit nummer met het vorige omdat het weer over zijn relatie gaat. Al duurt dat niet lang meer. Het stille gesprek voelt aan als een vaag afscheid.
Het niveau van de eerste 5 nummers ligt belachelijk hoog. Vaak is het verschil tussen de nummers moeilijk aan te wijzen. Maar welk van de nummers je ook beluistert, ze maken allen indruk. Being In Love bijvoorbeeld, net als de andere nummers met zijn prachtige diepe en echoënde klanken en zoals op de andere nummers, de mooie tekst, die je door zijn directheid raakt.
Het titelnummer zal voor velen het hoogtepunt zijn. En dat is niet zo gek. The Lioness kent ongetwijfeld het mooiste intro van het hele album. Het blijft ook het meeste hangen, het is een pakkend nummer. Maar tegelijkertijd ook heel donker. Want Jason Molina heeft gewoon een ontzettend breekbare en mooie stem. En wat ook zo briljant is, zijn de geweldige toonwisselingen in dit nummer. Hij wisselt erg vaak af van fluisterzang tot mooie uitbarstingen waar de nadruk wordt gelegd. 'It's That Look Of The Lioness' zal na dit nummer nog uren door je hoofd spoken.
Na een lange fade-out komt er met Coxcomb Red geen dramatische koerswijziging. Wel kondigt het nummer voor mij altijd het tweede deel van het album aan. En ondanks het ontzettend sterke eerste deel wordt dat niveau ook op het twee deel behouden. Nee, geen verslapping want ook Coxcomb Red is weer een prachtig nummer, waar vooral het refrein blijft hangen. Indringende gitaarklanken en een mooi refrein, zaken die me aan Leonard Cohen doen denken. En dat is zeker geen belediging.
Back On Top is weer een liefdesliedje. En ook al zitten we al tegen het einde en kan eentonigheid parten gaan spelen, vind ik Back On Top zeer overtuigend. Zijn dodelijk slechte humeur komt weer eens pijnlijk naar buiten door middel van zijn stem. Breekbaar, maar toch met veel bereik gebracht. Met als hoogtepunt van het nummer natuurlijk de prachtige stemverheffing: 'When I'm Back On The Top Again!' Wellicht een van de mooiste momenten op dit album.
Baby Take a Look is nog zo'n voorbeeld van ongekende schoonheid op de tweede helft van dit album. Er staan zeker geen niemendalletjes op het einde van dit album. Weer is dit een nummer dat mede door een stemverheffing indruk maakt. Maar ook zijn manier van zingen is bezwerend en meeslepend, valt me in dit nummer weer op. Geweldig in dit nummer ook de krachtige tokkels op de gitaar als hij zijn stem verheft.
De fade-out van dit album heet Just A Spark. En natuurlijk zal dit als kortste nummer niet snel als favoriet worden genoemd. Maar van mijn kant is er zeker een grote aantrekkingskracht tot dit nummer, vooral de arrangementen van dit nummer vind ik zeer geslaagd. En natuurlijk ook Jason Molina, die met zo'n prachtig klein liedje als deze bewijst een van de koningen van de fluistermuziek te zijn.
Het enige minpunt dat je misschien kan verzinnen is 'eentonigheid. Want het lijkt allemaal wel op elkaar. En songs uit elkaar houden is dan ook niet het makkelijkst. Maar wat maakt dat uit als iedere song zeer sterk is? Dan maakt het niet uit of je nou een Coxcomb Red hoort of Tigress. Nee, op The Lioness is amper iets aan te merken en verdient dan ook een plaatsje tussen grote albums van grote singer-songwriters.