Ik zag ooit als tiener een concert van Pink Floyd. Het was mijn eerste echte kennismaking met ironie. Op het einde van het concert bliezen ze een gigantisch varken op. Prachtig - dat soort zelfkennis
U raadt het al: ik heb geen te hoge hoed op met de latere Pink Floyd - OK, "Dark Side of the Moon" & "Wish You Were Here" zijn dik in orde. Waarom? Omdat de erfenis van Syd erin doorwaait
Die anekdotes betreffende Syd ("de kat op acid!", "hoe hij Ed Sullivan horendol maakte!", "het concert waar hij de hele tijd hetzelfde akkoord bleef aanhouden!", enz ...) maken natuurlijk deel uit van de Barrett-saga (daarvoor is het dan ook popmuziek

).
Het probleem is echter: het leidt wel een beetje af van het popgenie dat Barrett voor mij was.
Alle songs hier zijn ronduit vreemd ("Scarecrow", "Pow R. Toc H.", "Flaming", enz ...), maar die vreemdheid voelt voor mij heel vertrouwd aan (hoor ik reeds een ambulance op de achtergrond?

).
Yep - Barrett is een kind die zich verwondert in vanalles en nog wat ("kijk eens aan - die fiets heeft een bellllllll! Woeha! Yeeeeeeeeeaaaah!"). Zijn zintuigen staan op scherp.
Natuurlijk kun je beweren "LSD!!!!" - daar zal wel iets van aan zijn. Maar wanneer ik een kangeroe LSD toedien gaat hij geen song als "Astronomy Domine" schrijven. Sterker nog: ik ben er tamelijk zeker van dat mijn bankdirecteur na een LSD-trip geen "Matilda Mother" uit een gitaar kan schudden
Alle liedjes op deze cd gaan voor mij over "naar het theater kijken" i.p.v. "op het theater staan". Het is de onbevangenheid die me zo naar de keel grijpt op deze plaat.
Tuurlijk kun je beweren dat het Barrett-reservoir snel uitgedroogd was. Hindert dat? Voor mij niet - tuurlijk kun je twintig jaar lang standaardpopplaten uitbrengen, maar wie is daar mee geholpen?
