The All Is One is een klap om de oren, een stomp in het gezicht, een storm die over raast, maar zit ook vol rustpunten en reflectie. Als de band los gaat, dan is het wel te vergelijken met tegen een muur aanrennen. Kortom, deze plaat maakt, wederom een diepe indruk.
Natuurlijk is het vrijwel onmogelijk om nu al een definitief oordeel te vestigen. Daarvoor zijn meer luisterbeurten nodig en van een betere kwaliteit dan de MP3s die ik heb kunnen beluisteren vooraf. Dat gaat ook beslist gebeuren, want dat ik deze plaat ga aanschaffen, staat wel vast.
Door het artwork legt de band zelf al dik de nadruk op de (losse) eenheid die 'The Tower', 'The Crucible' en The All Is One vormen. De muziek doet dat ook. Eigenlijk had ik genoeg Motorpsycho gehoord vanaf ongeveer 2010. 'Here Be Monsters' staat ook nog, weinig gedraaid, in huis. Vanaf 'The Tower' veranderde dat. Die kwaliteit is doorgetrokken naar deze nieuwe.
Ik heb het gevoel dat de komst van Tomas Järmyr voor Motorpsycho hetzelfde effect heeft gehad als de komst van Joppe Molenaar bij Bettie Serveert: beide bands hebben een nieuwe kracht gevonden. Järmyr en Molenaar zijn beesten van drummers, waar overheen krachtiger gespeeld moet worden, inventiever, geïnspireerder.
Dit alles is ook hoorbaar op The All Is One. Tegelijkertijd durf ik dit werk een moderne symfonie te noemen, Er is weliswaar geen terugkerend thema, maar als geheel? Zeker. De krachtige stukken, de Westcoast pop stukken, het inhouden om weer los te kunnen gaan. Het zit er allemaal in.
Motorpsycho bestaat ruim 30 jaar. Voor mijn gevoel zweeft de band, opnieuw, rond de hoogste toppen van haar kracht en inspiratie. Hoe lang is dat vol te houden?
Het bovenstaande is een bewerking van een Engelstalige post op
WoNoBloG.